Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier

Meesters op de Gitaar: SoloDuo

Meesters op de Gitaar: SoloDuo

Kleine Zaal
22 november 2025
20.15 uur

Print dit programma

SoloDuo
Matteo Mela gitaar
Lorenzo Micheli gitaar

Dit concert maakt deel uit van de serie Meesters op de Gitaar.

Ottorino Respighi (1879-1936)

Notturno
uit ‘Sei pezzi per pianoforte’ (1903-05)

Claude Debussy (1862-1918)

Petite suite (1886-89)
oorspronkelijk voor piano vierhandig
En bateau
Cortège
Menuet
Ballet

Astor Piazzolla (1921-1992)

Tango Suite (1984)
voor twee gitaren
Allegro, libero
Andante rubato, melancolico
Allegro

pauze ± 21.00 uur

Gabriela Ortiz (1964)

De ida y vuelta (2016)
voor twee gitaren

Lorenzo Micheli (1975)

Water Music (after Schubert) (2024)
voor twee gitaren
Auf dem Wasser
Gleitet die Seele

Johannes Brahms (1833-1897)

Andante non troppo e con molto espressione
uit ‘Drei Intermezzi’, op. 117 (1892)
oorspronkelijk voor piano

Ludwig van Beethoven (1770-1827)

Sonate nr. 8 in c kl.t., op. 13
(1797-98)
‘Pathetique’
oorspronkelijk voor piano
Grave – Allegro di molto e
    con brio
Adagio cantabile
Rondo. Allegro

einde ± 22.15 uur

Kleine Zaal 22 november 2025 20.15 uur

SoloDuo
Matteo Mela gitaar
Lorenzo Micheli gitaar

Dit concert maakt deel uit van de serie Meesters op de Gitaar.

Ottorino Respighi (1879-1936)

Notturno
uit ‘Sei pezzi per pianoforte’ (1903-05)

Claude Debussy (1862-1918)

Petite suite (1886-89)
oorspronkelijk voor piano vierhandig
En bateau
Cortège
Menuet
Ballet

Astor Piazzolla (1921-1992)

Tango Suite (1984)
voor twee gitaren
Allegro, libero
Andante rubato, melancolico
Allegro

pauze ± 21.00 uur

Gabriela Ortiz (1964)

De ida y vuelta (2016)
voor twee gitaren

Lorenzo Micheli (1975)

Water Music (after Schubert) (2024)
voor twee gitaren
Auf dem Wasser
Gleitet die Seele

Johannes Brahms (1833-1897)

Andante non troppo e con molto espressione
uit ‘Drei Intermezzi’, op. 117 (1892)
oorspronkelijk voor piano

Ludwig van Beethoven (1770-1827)

Sonate nr. 8 in c kl.t., op. 13
(1797-98)
‘Pathetique’
oorspronkelijk voor piano
Grave – Allegro di molto e
    con brio
Adagio cantabile
Rondo. Allegro

einde ± 22.15 uur

Toelichting

Ottorino Respighi (1879-1936)

Notturno

door Michiel Cleij

  • Ottorino Respighi

    in 1934

    Ottorino Respighi

    in 1934

  • Ottorino Respighi

    in 1934

    Ottorino Respighi

    in 1934

Sommige pianostukken komen misschien nog beter tot hun recht in een gitaarbewerking. Tot die categorie behoort Notturno van Ottorino Respighi, die vooral beroemd werd door zijn drie symfonische gedichten over Rome. Grote, veelkleurige bezettingen lagen hem het best; daarin wist hij altijd weer bijzondere sferen en beelden op te roepen. Maar qua sfeertekening is ook deze intieme ­Notturno een voltreffer. Het kost weinig moeite je hierbij een serenade van een eenzame muzikant onder een Italiaans balkon voor te stellen  − eentje waarbij hoop en passie plaats hebben gemaakt voor berusting en melancholie. Het stukje vat de tijdgeest van het fin de siècle compact samen: romantiek is door de realiteit ingehaald, wat resteert is onvervuld verlangen.

Sommige pianostukken komen misschien nog beter tot hun recht in een gitaarbewerking. Tot die categorie behoort Notturno van Ottorino Respighi, die vooral beroemd werd door zijn drie symfonische gedichten over Rome. Grote, veelkleurige bezettingen lagen hem het best; daarin wist hij altijd weer bijzondere sferen en beelden op te roepen. Maar qua sfeertekening is ook deze intieme ­Notturno een voltreffer. Het kost weinig moeite je hierbij een serenade van een eenzame muzikant onder een Italiaans balkon voor te stellen  − eentje waarbij hoop en passie plaats hebben gemaakt voor berusting en melancholie. Het stukje vat de tijdgeest van het fin de siècle compact samen: romantiek is door de realiteit ingehaald, wat resteert is onvervuld verlangen.

door Michiel Cleij

Claude Debussy (1862-1918)

Petite suite

door Michiel Cleij

  • Claude Debussy

    ca. 1908, foto door Félix Nadar

    Claude Debussy

    ca. 1908, foto door Félix Nadar

  • Claude Debussy

    ca. 1908, foto door Félix Nadar

    Claude Debussy

    ca. 1908, foto door Félix Nadar

Met de parelende introductie van de Petite su­ite voor piano vierhandig wilde Claude Debussy de kalme beweging van een roeibootje weergeven. En ook deze passage smeekt als het ware om getokkeld te worden; niet toevallig worden in de veel gespeelde orkestbewerking van Henri Büsser deze noten door een harp gespeeld. De overige delen van deze idyllische suite laten zich even gemakkelijk loszingen van de piano. Debussy zou later uitgroeien tot een groot vernieuwer van de pianomuziek, mede doordat hij vaak een klankbeeld zocht waarbij je niet meer aan toetsen en hamertjes dacht. Zelfs dit vroege werkje is in dat opzicht al grensverleggend. Het is dan ook door de jaren heen voor diverse combinaties van blazers, strijkers en snaarinstrumenten gearrangeerd.

Met de parelende introductie van de Petite su­ite voor piano vierhandig wilde Claude Debussy de kalme beweging van een roeibootje weergeven. En ook deze passage smeekt als het ware om getokkeld te worden; niet toevallig worden in de veel gespeelde orkestbewerking van Henri Büsser deze noten door een harp gespeeld. De overige delen van deze idyllische suite laten zich even gemakkelijk loszingen van de piano. Debussy zou later uitgroeien tot een groot vernieuwer van de pianomuziek, mede doordat hij vaak een klankbeeld zocht waarbij je niet meer aan toetsen en hamertjes dacht. Zelfs dit vroege werkje is in dat opzicht al grensverleggend. Het is dan ook door de jaren heen voor diverse combinaties van blazers, strijkers en snaarinstrumenten gearrangeerd.

door Michiel Cleij

Astor Piazzolla (1921-1992)

Tango Suite

door Michiel Cleij

  • Astor Piazzolla in 1975

    Foto: Alicia D'Amico

    Astor Piazzolla in 1975

    Foto: Alicia D'Amico

  • Astor Piazzolla in 1975

    Foto: Alicia D'Amico

    Astor Piazzolla in 1975

    Foto: Alicia D'Amico

Toen Astor Piazzolla de Tango Suite voor twee gitaren componeerde, genoot hij een onaantastbare reputatie als bandoneonist en tangovernieuwer. Dat was zo’n dertig jaar eerder wel anders. Zijn toenadering tot de Europese klassieken, jazz en zelfs (milde) rock viel slecht bij de conservatieve tangueros. Geleidelijk drong de waarde van zijn pionierswerk door. Heel wat musici en ensembles bestelden composities bij hem. Tango Suite schreef hij voor het Braziliaanse gitaarduo Sérgio en Odair Assad − en dat verklaart de extreme virtuositeit van de muziek. De eerste tango heeft een complexe ritmiek, de melodieuze tweede vraagt om goed gedoseerde expressie, en in de derde kunnen de uitvoerenden zich bewijzen met strak getimed samenspel.

Toen Astor Piazzolla de Tango Suite voor twee gitaren componeerde, genoot hij een onaantastbare reputatie als bandoneonist en tangovernieuwer. Dat was zo’n dertig jaar eerder wel anders. Zijn toenadering tot de Europese klassieken, jazz en zelfs (milde) rock viel slecht bij de conservatieve tangueros. Geleidelijk drong de waarde van zijn pionierswerk door. Heel wat musici en ensembles bestelden composities bij hem. Tango Suite schreef hij voor het Braziliaanse gitaarduo Sérgio en Odair Assad − en dat verklaart de extreme virtuositeit van de muziek. De eerste tango heeft een complexe ritmiek, de melodieuze tweede vraagt om goed gedoseerde expressie, en in de derde kunnen de uitvoerenden zich bewijzen met strak getimed samenspel.

door Michiel Cleij

Gabriela Ortiz (1964)

De ida y vuelta

door Michiel Cleij

  • Gabriela Ortiz

    Foto: Marta Arteaga

    Gabriela Ortiz

    Foto: Marta Arteaga

  • Gabriela Ortiz

    Foto: Marta Arteaga

    Gabriela Ortiz

    Foto: Marta Arteaga

Gabriela Ortiz, dit seizoen composer in residence bij Het Concertgebouw, is in het hedendaagse Mexico een van de bekendste en meest geliefde componisten. Ze mixt uiteenlopende stijlen op een pakkende manier en vestigt terloops de aandacht op sociale misstanden, milieuproblematiek of rassen- en genderkwesties. De ida y vuelta (‘Heen en terug’) grijpt terug op de Spaanse invasie van Mexico in de zestiende eeuw en, bovenal, op de kru­isbestuiving die tussen de twee culturen ontstond. In een eerdere versie voor fluit en gitaar zijn hun verschillende identiteiten duidelijk geaccentueerd, maar ook in de versie voor gitaarduo staat de stijl van de Mexicaanse ‘son Veracruzano’ tegenover Spaanse flamenco-elementen −  en daaruit groeit uiteindelijk een volkomen vanzelfsprekende mix.

Gabriela Ortiz, dit seizoen composer in residence bij Het Concertgebouw, is in het hedendaagse Mexico een van de bekendste en meest geliefde componisten. Ze mixt uiteenlopende stijlen op een pakkende manier en vestigt terloops de aandacht op sociale misstanden, milieuproblematiek of rassen- en genderkwesties. De ida y vuelta (‘Heen en terug’) grijpt terug op de Spaanse invasie van Mexico in de zestiende eeuw en, bovenal, op de kru­isbestuiving die tussen de twee culturen ontstond. In een eerdere versie voor fluit en gitaar zijn hun verschillende identiteiten duidelijk geaccentueerd, maar ook in de versie voor gitaarduo staat de stijl van de Mexicaanse ‘son Veracruzano’ tegenover Spaanse flamenco-elementen −  en daaruit groeit uiteindelijk een volkomen vanzelfsprekende mix.

door Michiel Cleij

Lorenzo Micheli (1975)

Water Music

door Michiel Cleij

  • Lorenzo Micheli

    Lorenzo Micheli

  • Lorenzo Micheli

    Lorenzo Micheli

In 2021 en 2022 moest Lorenzo Micheli toezien hoe zijn oudste zoon vocht tegen kanker. ‘Het waren dagen vol extreme emoties’, schrijft de gitarist. ‘De oneindige nuances van pijn zijn niet te bevatten, net zomin als het buitengewone vermogen waarmee de geest tussen licht en duisternis kan schakelen.’ Dat laatste trof Micheli ook aan in de liederen van Schubert: hun wonderlijke afwisseling van vrolijkheid en treurnis bood troost en herkenning. Zijn compositie Water Music werd geïnspireerd door Schuberts lied Auf dem Wasser zu singen, op een gedicht van Friedrich Leopold zu Stolberg. Hierin symboliseert een vredig boottochtje het verstrijken van de tijd en de koers naar een onafwendbaar einde.

In 2021 en 2022 moest Lorenzo Micheli toezien hoe zijn oudste zoon vocht tegen kanker. ‘Het waren dagen vol extreme emoties’, schrijft de gitarist. ‘De oneindige nuances van pijn zijn niet te bevatten, net zomin als het buitengewone vermogen waarmee de geest tussen licht en duisternis kan schakelen.’ Dat laatste trof Micheli ook aan in de liederen van Schubert: hun wonderlijke afwisseling van vrolijkheid en treurnis bood troost en herkenning. Zijn compositie Water Music werd geïnspireerd door Schuberts lied Auf dem Wasser zu singen, op een gedicht van Friedrich Leopold zu Stolberg. Hierin symboliseert een vredig boottochtje het verstrijken van de tijd en de koers naar een onafwendbaar einde.

  • Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

    Door: Edvard Munch

    Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

    Door: Edvard Munch

  • Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

    Door: Edvard Munch

    Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

    Door: Edvard Munch

Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

door Michiel Cleij

Johannes Brahms (1833-1897)

Andante

door Michiel Cleij

  • Johannes Brahms

    Johannes Brahms

  • Johannes Brahms

    Johannes Brahms

Nog niet eens zo lang geleden hoorde je onder het klassieke­muziekpubliek regelmatig iemand roepen dat het postuum bewerken van composities voor ander instrumentarium not done was; als de componist dat had gewild had die het zelf wel gedaan. Zulke protesten zijn inmiddels verstomd, al kun je in het huidige politieke klimaat elk moment iemand horen schreeuwen dat gitaren niet in Brahmsland thuishoren. En dat terwijl ze een droomhuwelijk kunnen vormen; het leidde in 1994 zelfs tot de uitvinding van een heuse Brahms­gitaar die volop recht doet aan Brahms’ klankweelde.

Hoewel deze componist soms bars en bokkig kan klinken, hebben veel van zijn pianostukken een fluwelig geluid dat in een gitaarbewerking onderstreept wordt. De Drei Intermezzi lenen zich daar uitstekend voor: drie ‘slaapliedjes om mijn verdriet te sussen’, aldus de componist. Vooral het hier gespeelde derde deeltje − dromerig en melancholiek − voldoet aan die omschrijving.

Nog niet eens zo lang geleden hoorde je onder het klassieke­muziekpubliek regelmatig iemand roepen dat het postuum bewerken van composities voor ander instrumentarium not done was; als de componist dat had gewild had die het zelf wel gedaan. Zulke protesten zijn inmiddels verstomd, al kun je in het huidige politieke klimaat elk moment iemand horen schreeuwen dat gitaren niet in Brahmsland thuishoren. En dat terwijl ze een droomhuwelijk kunnen vormen; het leidde in 1994 zelfs tot de uitvinding van een heuse Brahms­gitaar die volop recht doet aan Brahms’ klankweelde.

Hoewel deze componist soms bars en bokkig kan klinken, hebben veel van zijn pianostukken een fluwelig geluid dat in een gitaarbewerking onderstreept wordt. De Drei Intermezzi lenen zich daar uitstekend voor: drie ‘slaapliedjes om mijn verdriet te sussen’, aldus de componist. Vooral het hier gespeelde derde deeltje − dromerig en melancholiek − voldoet aan die omschrijving.

door Michiel Cleij

Ludwig van Beethoven (1770-1827)

Achtste sonate ‘Pathétique’

door Michiel Cleij

  • Ludwig van Beethoven

    anoniem

    Ludwig van Beethoven

    anoniem

  • Ludwig van Beethoven

    anoniem

    Ludwig van Beethoven

    anoniem

Met zijn ‘Grand sonate ­pathétique’, zoals zijn uitgever het werk doopte, bereikte de 28-jarige Ludwig van Beethoven een breed publiek. Het stuk trok sterk de aandacht door de ongewoon dramatische toon, al vanaf de theatrale mineur-introductie. Er zijn sterke aanwijzingen dat de muziek voortbouwt op een partita van Johann Sebastian Bach en een klaviersonate van Wolfgang Amadeus Mozart, maar je hoort bovenal Beethovens lef en originaliteit. Hij was op dat moment nog altijd bekender als pianist dan als componist. En hoewel het een pianistisch hoogstandje is, werd juist dít werk spoedig voor diverse (kamer-)ensembles gearrangeerd, waarmee het ook binnen bereik van amateurmusici kwam. In de twintigste eeuw volgden verschillende zettingen voor sologitaar, maar de hier gespeelde duoversie doet meer recht aan de virtuositeit en de gelaagde klank van het origineel.

Met zijn ‘Grand sonate ­pathétique’, zoals zijn uitgever het werk doopte, bereikte de 28-jarige Ludwig van Beethoven een breed publiek. Het stuk trok sterk de aandacht door de ongewoon dramatische toon, al vanaf de theatrale mineur-introductie. Er zijn sterke aanwijzingen dat de muziek voortbouwt op een partita van Johann Sebastian Bach en een klaviersonate van Wolfgang Amadeus Mozart, maar je hoort bovenal Beethovens lef en originaliteit. Hij was op dat moment nog altijd bekender als pianist dan als componist. En hoewel het een pianistisch hoogstandje is, werd juist dít werk spoedig voor diverse (kamer-)ensembles gearrangeerd, waarmee het ook binnen bereik van amateurmusici kwam. In de twintigste eeuw volgden verschillende zettingen voor sologitaar, maar de hier gespeelde duoversie doet meer recht aan de virtuositeit en de gelaagde klank van het origineel.

door Michiel Cleij

Ottorino Respighi (1879-1936)

Notturno

door Michiel Cleij

  • Ottorino Respighi

    in 1934

    Ottorino Respighi

    in 1934

  • Ottorino Respighi

    in 1934

    Ottorino Respighi

    in 1934

Sommige pianostukken komen misschien nog beter tot hun recht in een gitaarbewerking. Tot die categorie behoort Notturno van Ottorino Respighi, die vooral beroemd werd door zijn drie symfonische gedichten over Rome. Grote, veelkleurige bezettingen lagen hem het best; daarin wist hij altijd weer bijzondere sferen en beelden op te roepen. Maar qua sfeertekening is ook deze intieme ­Notturno een voltreffer. Het kost weinig moeite je hierbij een serenade van een eenzame muzikant onder een Italiaans balkon voor te stellen  − eentje waarbij hoop en passie plaats hebben gemaakt voor berusting en melancholie. Het stukje vat de tijdgeest van het fin de siècle compact samen: romantiek is door de realiteit ingehaald, wat resteert is onvervuld verlangen.

Sommige pianostukken komen misschien nog beter tot hun recht in een gitaarbewerking. Tot die categorie behoort Notturno van Ottorino Respighi, die vooral beroemd werd door zijn drie symfonische gedichten over Rome. Grote, veelkleurige bezettingen lagen hem het best; daarin wist hij altijd weer bijzondere sferen en beelden op te roepen. Maar qua sfeertekening is ook deze intieme ­Notturno een voltreffer. Het kost weinig moeite je hierbij een serenade van een eenzame muzikant onder een Italiaans balkon voor te stellen  − eentje waarbij hoop en passie plaats hebben gemaakt voor berusting en melancholie. Het stukje vat de tijdgeest van het fin de siècle compact samen: romantiek is door de realiteit ingehaald, wat resteert is onvervuld verlangen.

door Michiel Cleij

Claude Debussy (1862-1918)

Petite suite

door Michiel Cleij

  • Claude Debussy

    ca. 1908, foto door Félix Nadar

    Claude Debussy

    ca. 1908, foto door Félix Nadar

  • Claude Debussy

    ca. 1908, foto door Félix Nadar

    Claude Debussy

    ca. 1908, foto door Félix Nadar

Met de parelende introductie van de Petite su­ite voor piano vierhandig wilde Claude Debussy de kalme beweging van een roeibootje weergeven. En ook deze passage smeekt als het ware om getokkeld te worden; niet toevallig worden in de veel gespeelde orkestbewerking van Henri Büsser deze noten door een harp gespeeld. De overige delen van deze idyllische suite laten zich even gemakkelijk loszingen van de piano. Debussy zou later uitgroeien tot een groot vernieuwer van de pianomuziek, mede doordat hij vaak een klankbeeld zocht waarbij je niet meer aan toetsen en hamertjes dacht. Zelfs dit vroege werkje is in dat opzicht al grensverleggend. Het is dan ook door de jaren heen voor diverse combinaties van blazers, strijkers en snaarinstrumenten gearrangeerd.

Met de parelende introductie van de Petite su­ite voor piano vierhandig wilde Claude Debussy de kalme beweging van een roeibootje weergeven. En ook deze passage smeekt als het ware om getokkeld te worden; niet toevallig worden in de veel gespeelde orkestbewerking van Henri Büsser deze noten door een harp gespeeld. De overige delen van deze idyllische suite laten zich even gemakkelijk loszingen van de piano. Debussy zou later uitgroeien tot een groot vernieuwer van de pianomuziek, mede doordat hij vaak een klankbeeld zocht waarbij je niet meer aan toetsen en hamertjes dacht. Zelfs dit vroege werkje is in dat opzicht al grensverleggend. Het is dan ook door de jaren heen voor diverse combinaties van blazers, strijkers en snaarinstrumenten gearrangeerd.

door Michiel Cleij

Astor Piazzolla (1921-1992)

Tango Suite

door Michiel Cleij

  • Astor Piazzolla in 1975

    Foto: Alicia D'Amico

    Astor Piazzolla in 1975

    Foto: Alicia D'Amico

  • Astor Piazzolla in 1975

    Foto: Alicia D'Amico

    Astor Piazzolla in 1975

    Foto: Alicia D'Amico

Toen Astor Piazzolla de Tango Suite voor twee gitaren componeerde, genoot hij een onaantastbare reputatie als bandoneonist en tangovernieuwer. Dat was zo’n dertig jaar eerder wel anders. Zijn toenadering tot de Europese klassieken, jazz en zelfs (milde) rock viel slecht bij de conservatieve tangueros. Geleidelijk drong de waarde van zijn pionierswerk door. Heel wat musici en ensembles bestelden composities bij hem. Tango Suite schreef hij voor het Braziliaanse gitaarduo Sérgio en Odair Assad − en dat verklaart de extreme virtuositeit van de muziek. De eerste tango heeft een complexe ritmiek, de melodieuze tweede vraagt om goed gedoseerde expressie, en in de derde kunnen de uitvoerenden zich bewijzen met strak getimed samenspel.

Toen Astor Piazzolla de Tango Suite voor twee gitaren componeerde, genoot hij een onaantastbare reputatie als bandoneonist en tangovernieuwer. Dat was zo’n dertig jaar eerder wel anders. Zijn toenadering tot de Europese klassieken, jazz en zelfs (milde) rock viel slecht bij de conservatieve tangueros. Geleidelijk drong de waarde van zijn pionierswerk door. Heel wat musici en ensembles bestelden composities bij hem. Tango Suite schreef hij voor het Braziliaanse gitaarduo Sérgio en Odair Assad − en dat verklaart de extreme virtuositeit van de muziek. De eerste tango heeft een complexe ritmiek, de melodieuze tweede vraagt om goed gedoseerde expressie, en in de derde kunnen de uitvoerenden zich bewijzen met strak getimed samenspel.

door Michiel Cleij

Gabriela Ortiz (1964)

De ida y vuelta

door Michiel Cleij

  • Gabriela Ortiz

    Foto: Marta Arteaga

    Gabriela Ortiz

    Foto: Marta Arteaga

  • Gabriela Ortiz

    Foto: Marta Arteaga

    Gabriela Ortiz

    Foto: Marta Arteaga

Gabriela Ortiz, dit seizoen composer in residence bij Het Concertgebouw, is in het hedendaagse Mexico een van de bekendste en meest geliefde componisten. Ze mixt uiteenlopende stijlen op een pakkende manier en vestigt terloops de aandacht op sociale misstanden, milieuproblematiek of rassen- en genderkwesties. De ida y vuelta (‘Heen en terug’) grijpt terug op de Spaanse invasie van Mexico in de zestiende eeuw en, bovenal, op de kru­isbestuiving die tussen de twee culturen ontstond. In een eerdere versie voor fluit en gitaar zijn hun verschillende identiteiten duidelijk geaccentueerd, maar ook in de versie voor gitaarduo staat de stijl van de Mexicaanse ‘son Veracruzano’ tegenover Spaanse flamenco-elementen −  en daaruit groeit uiteindelijk een volkomen vanzelfsprekende mix.

Gabriela Ortiz, dit seizoen composer in residence bij Het Concertgebouw, is in het hedendaagse Mexico een van de bekendste en meest geliefde componisten. Ze mixt uiteenlopende stijlen op een pakkende manier en vestigt terloops de aandacht op sociale misstanden, milieuproblematiek of rassen- en genderkwesties. De ida y vuelta (‘Heen en terug’) grijpt terug op de Spaanse invasie van Mexico in de zestiende eeuw en, bovenal, op de kru­isbestuiving die tussen de twee culturen ontstond. In een eerdere versie voor fluit en gitaar zijn hun verschillende identiteiten duidelijk geaccentueerd, maar ook in de versie voor gitaarduo staat de stijl van de Mexicaanse ‘son Veracruzano’ tegenover Spaanse flamenco-elementen −  en daaruit groeit uiteindelijk een volkomen vanzelfsprekende mix.

door Michiel Cleij

Lorenzo Micheli (1975)

Water Music

door Michiel Cleij

  • Lorenzo Micheli

    Lorenzo Micheli

  • Lorenzo Micheli

    Lorenzo Micheli

In 2021 en 2022 moest Lorenzo Micheli toezien hoe zijn oudste zoon vocht tegen kanker. ‘Het waren dagen vol extreme emoties’, schrijft de gitarist. ‘De oneindige nuances van pijn zijn niet te bevatten, net zomin als het buitengewone vermogen waarmee de geest tussen licht en duisternis kan schakelen.’ Dat laatste trof Micheli ook aan in de liederen van Schubert: hun wonderlijke afwisseling van vrolijkheid en treurnis bood troost en herkenning. Zijn compositie Water Music werd geïnspireerd door Schuberts lied Auf dem Wasser zu singen, op een gedicht van Friedrich Leopold zu Stolberg. Hierin symboliseert een vredig boottochtje het verstrijken van de tijd en de koers naar een onafwendbaar einde.

In 2021 en 2022 moest Lorenzo Micheli toezien hoe zijn oudste zoon vocht tegen kanker. ‘Het waren dagen vol extreme emoties’, schrijft de gitarist. ‘De oneindige nuances van pijn zijn niet te bevatten, net zomin als het buitengewone vermogen waarmee de geest tussen licht en duisternis kan schakelen.’ Dat laatste trof Micheli ook aan in de liederen van Schubert: hun wonderlijke afwisseling van vrolijkheid en treurnis bood troost en herkenning. Zijn compositie Water Music werd geïnspireerd door Schuberts lied Auf dem Wasser zu singen, op een gedicht van Friedrich Leopold zu Stolberg. Hierin symboliseert een vredig boottochtje het verstrijken van de tijd en de koers naar een onafwendbaar einde.

  • Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

    Door: Edvard Munch

    Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

    Door: Edvard Munch

  • Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

    Door: Edvard Munch

    Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

    Door: Edvard Munch

Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

Roeiboot op zee; door Edvard Munch, 1904

door Michiel Cleij

Johannes Brahms (1833-1897)

Andante

door Michiel Cleij

  • Johannes Brahms

    Johannes Brahms

  • Johannes Brahms

    Johannes Brahms

Nog niet eens zo lang geleden hoorde je onder het klassieke­muziekpubliek regelmatig iemand roepen dat het postuum bewerken van composities voor ander instrumentarium not done was; als de componist dat had gewild had die het zelf wel gedaan. Zulke protesten zijn inmiddels verstomd, al kun je in het huidige politieke klimaat elk moment iemand horen schreeuwen dat gitaren niet in Brahmsland thuishoren. En dat terwijl ze een droomhuwelijk kunnen vormen; het leidde in 1994 zelfs tot de uitvinding van een heuse Brahms­gitaar die volop recht doet aan Brahms’ klankweelde.

Hoewel deze componist soms bars en bokkig kan klinken, hebben veel van zijn pianostukken een fluwelig geluid dat in een gitaarbewerking onderstreept wordt. De Drei Intermezzi lenen zich daar uitstekend voor: drie ‘slaapliedjes om mijn verdriet te sussen’, aldus de componist. Vooral het hier gespeelde derde deeltje − dromerig en melancholiek − voldoet aan die omschrijving.

Nog niet eens zo lang geleden hoorde je onder het klassieke­muziekpubliek regelmatig iemand roepen dat het postuum bewerken van composities voor ander instrumentarium not done was; als de componist dat had gewild had die het zelf wel gedaan. Zulke protesten zijn inmiddels verstomd, al kun je in het huidige politieke klimaat elk moment iemand horen schreeuwen dat gitaren niet in Brahmsland thuishoren. En dat terwijl ze een droomhuwelijk kunnen vormen; het leidde in 1994 zelfs tot de uitvinding van een heuse Brahms­gitaar die volop recht doet aan Brahms’ klankweelde.

Hoewel deze componist soms bars en bokkig kan klinken, hebben veel van zijn pianostukken een fluwelig geluid dat in een gitaarbewerking onderstreept wordt. De Drei Intermezzi lenen zich daar uitstekend voor: drie ‘slaapliedjes om mijn verdriet te sussen’, aldus de componist. Vooral het hier gespeelde derde deeltje − dromerig en melancholiek − voldoet aan die omschrijving.

door Michiel Cleij

Ludwig van Beethoven (1770-1827)

Achtste sonate ‘Pathétique’

door Michiel Cleij

  • Ludwig van Beethoven

    anoniem

    Ludwig van Beethoven

    anoniem

  • Ludwig van Beethoven

    anoniem

    Ludwig van Beethoven

    anoniem

Met zijn ‘Grand sonate ­pathétique’, zoals zijn uitgever het werk doopte, bereikte de 28-jarige Ludwig van Beethoven een breed publiek. Het stuk trok sterk de aandacht door de ongewoon dramatische toon, al vanaf de theatrale mineur-introductie. Er zijn sterke aanwijzingen dat de muziek voortbouwt op een partita van Johann Sebastian Bach en een klaviersonate van Wolfgang Amadeus Mozart, maar je hoort bovenal Beethovens lef en originaliteit. Hij was op dat moment nog altijd bekender als pianist dan als componist. En hoewel het een pianistisch hoogstandje is, werd juist dít werk spoedig voor diverse (kamer-)ensembles gearrangeerd, waarmee het ook binnen bereik van amateurmusici kwam. In de twintigste eeuw volgden verschillende zettingen voor sologitaar, maar de hier gespeelde duoversie doet meer recht aan de virtuositeit en de gelaagde klank van het origineel.

Met zijn ‘Grand sonate ­pathétique’, zoals zijn uitgever het werk doopte, bereikte de 28-jarige Ludwig van Beethoven een breed publiek. Het stuk trok sterk de aandacht door de ongewoon dramatische toon, al vanaf de theatrale mineur-introductie. Er zijn sterke aanwijzingen dat de muziek voortbouwt op een partita van Johann Sebastian Bach en een klaviersonate van Wolfgang Amadeus Mozart, maar je hoort bovenal Beethovens lef en originaliteit. Hij was op dat moment nog altijd bekender als pianist dan als componist. En hoewel het een pianistisch hoogstandje is, werd juist dít werk spoedig voor diverse (kamer-)ensembles gearrangeerd, waarmee het ook binnen bereik van amateurmusici kwam. In de twintigste eeuw volgden verschillende zettingen voor sologitaar, maar de hier gespeelde duoversie doet meer recht aan de virtuositeit en de gelaagde klank van het origineel.

door Michiel Cleij

Biografie

SoloDuo, duo

Onder de naam SoloDuo vormen de Italianen Matteo Mela en Lorenzo Micheli een van de meest actieve en bekende gitaarduo’s ter wereld. Samen hebben ze opgetreden in Europa, Azië, Latijns-Amerika en Noord-Amerika, in prestigieuze concertzalen als Carnegie Hall in New York, de Sejong Hall in Seoul, het Konzerthaus in Wenen, de Sala Coloanei in Kiev en het Auditorium in Milaan.

Hoogtepunt in het afgelopen concertseizoen was een tournee naar de Verenigde Staten. Naast het klassieke, romantische en moderne repertoire hebben de twee gitaristen zich samen met luitist Massimo Lonardi uitgebreid verdiept in Italiaanse muziek uit de zeventiende en achttiende eeuw voor barokgitaar en theorbe. Hun discografie omvat zowel bekende meesterwerken uit de negentiende en twintigste eeuw als zelden gehoorde werken uit de Barok en de Klassieke Periode.

In 2024 verscheen de nieuwste cd van SoloDuo, met sonates van Domenico Scarlatti in ­bewerkingen voor twee gitaren. Matteo Mela woont in Genève, waar hij lesgeeft aan het Conservatoire Populaire. Lorenzo ­Micheli woont in Milaan en doceert aan het Conservatorio della Svizzera Italiana in Lugano. Daarnaast geeft SoloDuo ­wereldwijd masterclasses. De gitaristen zijn redacteuren van de SoloDuo ­Collection bij de Canadese uitgever Productions d’Oz en artist in residence aan de University of Colorado Boulder sinds 2015. In de Kleine Zaal was SoloDuo voor het laatst te beluisteren op 16 maart 2019.