Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
interview

Het Chineke! Orchestra: een missie van inclusie

door Paul Janssen
24 okt. 2022 24 oktober 2022

Het Britse Chineke! Orchestra biedt plaats aan zwarte en etnisch diverse klassieke musici en speelt veronachtzaamd repertoire van componisten van kleur. Oprichtster Chi-chi Nwanoku spreekt over ongelijkheid, inclusiviteit en diversiteit.

‘De kans dat ik een nega­tieve ervaring krijg zo gauw ik naar buiten ga is vele malen groter dan voor een blanke. Ik word vaker door de politie in mijn auto aangehouden of door een winkelbeveiliger in een supermarkt gevolgd. Ik word anders behandeld dan mijn collega’s, en als iemand met een etnisch diverse achtergrond auditie doet, is de kleur het eerste dat opvalt, nog vóór het geslacht.’

Mij ontsnapt een onhandige lach gevoed door plaatsvervangende schaamte. ‘Lach hier alsjeblieft nooit om. Elke lach doet pijn. Het is onze realiteit en er moet nog heel veel gebeuren om te zorgen dat inclusiviteit en diversiteit vanzelfsprekend zijn. Dus neem ons serieus. We hebben veel negatieve recensies gehad, ook in Nederland toen we in 2019 in Het Concertgebouw speelden, recensies met een racistische ondertoon en vol onzin over het feit dat wij banen afpakken en de doorstroom blokkeren. Onzin. We willen niets liever dan delen.’

‘De kans dat ik een nega­tieve ervaring krijg zo gauw ik naar buiten ga is vele malen groter dan voor een blanke. Ik word vaker door de politie in mijn auto aangehouden of door een winkelbeveiliger in een supermarkt gevolgd. Ik word anders behandeld dan mijn collega’s, en als iemand met een etnisch diverse achtergrond auditie doet, is de kleur het eerste dat opvalt, nog vóór het geslacht.’

Mij ontsnapt een onhandige lach gevoed door plaatsvervangende schaamte. ‘Lach hier alsjeblieft nooit om. Elke lach doet pijn. Het is onze realiteit en er moet nog heel veel gebeuren om te zorgen dat inclusiviteit en diversiteit vanzelfsprekend zijn. Dus neem ons serieus. We hebben veel negatieve recensies gehad, ook in Nederland toen we in 2019 in Het Concertgebouw speelden, recensies met een racistische ondertoon en vol onzin over het feit dat wij banen afpakken en de doorstroom blokkeren. Onzin. We willen niets liever dan delen.’

  • Chi-Chi Nwanoku

    foto: Ntando Brown

    Chi-Chi Nwanoku

    foto: Ntando Brown

  • Chineke! Orchestra

    foto: Eric Richmond

    Chineke! Orchestra

    foto: Eric Richmond

  • Chi-Chi Nwanoku

    foto: Ntando Brown

    Chi-Chi Nwanoku

    foto: Ntando Brown

  • Chineke! Orchestra

    foto: Eric Richmond

    Chineke! Orchestra

    foto: Eric Richmond

De toon is gezet. Chinyere Adah ­Nwanoku, roepnaam Chi-chi, is op een missie. Het is hoog tijd dat de klassieke muziekwereld vanzelfsprekende aandacht krijgt voor musici en componisten van de Black and Ethnic Minority, zoals het in gangbaar Engels heet – ‘noem ons alsjeblieft geen minderheid’, zegt Nwanoku geërgerd. ‘Afgaande op de wereld­bevolking zijn wij een meerderheid.’ Het overheersend witte mannelijke bolwerk moet worden doorbroken en getalenteerde musici van kleur moeten van rolmodellen worden voorzien. ‘Want die zijn er in de klassieke muziek nauwelijks. Een mentor vinden die gekleurd is, is heel moeilijk. De meeste gekleurde mensen hebben flinke trauma’s. Je moet sterk zijn om je daar overheen te zetten.’

Hard werken

Nwanoku’s rolmodel was haar Nigeriaanse vader. Hij had de moed om in het Engeland van de jaren vijftig te trouwen met een Ierse vrouw. ‘Hun huwelijk werd door de gemeenschap niet gewaardeerd, maar ze hielden van elkaar, wilden samen zijn en weigerden te begrijpen wat het ­sociale probleem daarvan was.’ Mede door dergelijke veroordelingen moedigden haar ouders Chi-chi en hun andere vier kinderen aan om ‘alles uit het leven te halen en je door niets te laten dwarsbomen’. ‘Ik ontwikkelde mij tot een goede sprinter en was ook gek op muziek. Toen ik zeven was ging ik na schooltijd altijd naar het huis van de buren. Daar stond een piano die niet gebruikt werd en uiteindelijk gaven ze het instrument aan mij.’ Nadat ze door een blessure haar sprintcarrière moest opgeven, werd muziek de eerste keuze. Haar ouders hadden haar geleerd dat ze ‘twee keer zo hard moest werken om half zo ver te komen als een witte’, en dat deed ze.

‘Daarbij liet ik mij inderdaad door niets beperken. Toen mijn docent mij voorhield dat ik een impopulair instrument moest gaan spelen als ik met mijn kleur iets wilde bereiken in de klassieke muziek en met de contrabas aan kwam zetten moest ik even slikken – ik ben erg klein – maar vervolgens ben ik er vol voor gegaan.’ Het bracht haar inderdaad aan de top van de klassieke muziek­wereld, waar ze mede aan de wieg stond van het Orchestra of the Age of Enlightenment en speelde bij de Academy of St Martin-in-the-Fields, en waar ze decennialang de enige musicus van kleur was. ‘Ik was daar op dat moment niet zo mee bezig. Alle aandacht ging naar keihard repeteren en spelen.’

Vreemde eend

Toch knaagde er iets. ‘Ik was altijd de vreemde eend in de bijt’, zegt Nwanoku. ‘Zelfs na dertig jaar werd ik nog regelmatig bekeken als een of andere noviteit. Daardoor voelde ik wel een bepaalde leegte: ik begreep nooit waarom ik de enige zwarte was in het orkest en waarom het publiek en de componisten die wij speelden altijd wit waren. Alleen sprak ik er niet over omdat ik niet defen­sief of para­noïde over wilde komen.’

‘Wij voeden onszelf en de luisteraars op met geweldige muziek die soms eeuwenlang verwaarloosd is’

De omslag kwam in 2014. Nwanoku bezocht in Londen een concert in de Royal Festival Hall van het Kinshasa Symphony Orchestra uit Congo dat zijn tienjarig jubileum vierde. Daar ontmoette ze Ed Vaizey, de toenmalige cultuurminister van het Verenigd Koninkrijk. Bij eerdere gelegenheden had hij haar al gevraagd waarom zij als enige zwarte musicus regelmatig in de concertzalen te zien was. ‘Met die opmerking in gedachte raakte de verbazing van het overwegend witte publiek dat een zwart orkest Beethoven en Berlioz fantastisch kon spelen, mij enorm’, zegt Nwanoku. Na het concert nam ze zich voor er iets aan te doen. ‘Er was geen enkele zwarte collega in het publiek. Het kwartje viel. Ik realiseerde me dat ik een stem heb, dat ik invloed heb in de klassieke wereld.’

Ze ging op zoek naar muzikanten met een etnische achtergrond en het Chineke! Orchestra was geboren. ‘Er was zoveel talent dat ik meteen ook een jeugd­orkest oprichtte, dat deze zomer in Het Concertgebouw speelde. De meeste kinderen in het orkest waren nog nooit buiten Engeland geweest.’

De naam van het orkest ontleende ze aan het Igbo, de taal van een groot deel van de oorspronkelijke Nigeriaanse bevolking. ­‘Chineke is een belangrijk woord in onze taal, een woord met een geschiedenis die zo’n 50.000 jaar teruggaat. Chi betekent ‘jouw beschermengel’ en het achtervoegsel neke ‘grote schepper’. Chineke!, wat zich laat vertalen als ‘grote schepper van alle goede dingen’, klinkt vaak als uitroep van verwondering en verbazing bij mooie momenten of zaken van grote schoonheid. Het uitroepteken is daarbij essentieel.’

Chi-chi Nwanoku
in 13 dilemma’s

koffie / thee
Engeland / Nigeria ‘Vreselijke vraag. Mijn wortels liggen in Nigeria maar ik ben opgegroeid in Engeland. Mijn spirituele ziel behoort aan Nigeria.’
Contrabas / orkest­organisatie ‘De bas, die is het fundament van alles.’
Sneeuw
/ Gras
Ochtend / Avond
Zomer
/ Winter
Roman
/ Gedicht
Radio / Tv ‘De tv prikkelt als een opera alle zinnen.’
Oude muziek / Hedendaags ‘Oude muziek heb ik na meer dan dertig jaar spelen wel gezien.’
Jazz / Pop
Musiceren
/ Luisteren
Solo / Ensemble
Florence Price
/ Fanny Mendelssohn

 

Nodig

In zeven jaar tijd is het orkest uitgegroeid tot een factor van betekenis. Niet alleen door de kwaliteit van de musici, maar ook door de keuze van het repertoire. ‘We worden gedreven door een missie, ook wat het repertoire betreft. Daarom spelen we fantastische muziek van zwarte componisten als Samuel Coleridge-­Taylor, George Walker en ­Florence Price.’

Dat in Het Concertgebouw ook Dvořáks Negende symfonie ‘Uit de Nieuwe Wereld’ op het programma staat, vindt Nwanoku vanzelfsprekend. ‘Er was in die tijd geen Amerikaanse klassieke muziekstijl. Dvořák vond de klank van de Verenigde Staten door te luisteren naar de muziek van het volk. Hij ­baseerde zich onder meer op de pentatonische toonladder, de toon­ladder van de zwarte Afrikanen.’

Maar het merendeel van het repertoire blijft afkomstig van componisten met verschillende etnische achtergronden. ‘Wij voeden onszelf en de luisteraars zo op met geweldige muziek die soms eeuwenlang verwaarloosd is. En het is fantastisch dat andere orkesten inmiddels het repertoire spelen dat wij herontdekt en geprogrammeerd hebben.’

Toch is er nog veel werk te doen. ‘We zijn slechts zeven jaar oud. Als we morgen stoppen gaat er nog steeds een zucht van verlichting door een groot deel van de witte gemeenschap omdat die dan niet meer geconfronteerd wordt met een zelfgeschapen ongelijkheid. Maar het is nog veel te vroeg om zelfs maar te kunnen zeggen dat het Chineke! Orchestra op een dag niet meer nodig is.’

De toon is gezet. Chinyere Adah ­Nwanoku, roepnaam Chi-chi, is op een missie. Het is hoog tijd dat de klassieke muziekwereld vanzelfsprekende aandacht krijgt voor musici en componisten van de Black and Ethnic Minority, zoals het in gangbaar Engels heet – ‘noem ons alsjeblieft geen minderheid’, zegt Nwanoku geërgerd. ‘Afgaande op de wereld­bevolking zijn wij een meerderheid.’ Het overheersend witte mannelijke bolwerk moet worden doorbroken en getalenteerde musici van kleur moeten van rolmodellen worden voorzien. ‘Want die zijn er in de klassieke muziek nauwelijks. Een mentor vinden die gekleurd is, is heel moeilijk. De meeste gekleurde mensen hebben flinke trauma’s. Je moet sterk zijn om je daar overheen te zetten.’

Hard werken

Nwanoku’s rolmodel was haar Nigeriaanse vader. Hij had de moed om in het Engeland van de jaren vijftig te trouwen met een Ierse vrouw. ‘Hun huwelijk werd door de gemeenschap niet gewaardeerd, maar ze hielden van elkaar, wilden samen zijn en weigerden te begrijpen wat het ­sociale probleem daarvan was.’ Mede door dergelijke veroordelingen moedigden haar ouders Chi-chi en hun andere vier kinderen aan om ‘alles uit het leven te halen en je door niets te laten dwarsbomen’. ‘Ik ontwikkelde mij tot een goede sprinter en was ook gek op muziek. Toen ik zeven was ging ik na schooltijd altijd naar het huis van de buren. Daar stond een piano die niet gebruikt werd en uiteindelijk gaven ze het instrument aan mij.’ Nadat ze door een blessure haar sprintcarrière moest opgeven, werd muziek de eerste keuze. Haar ouders hadden haar geleerd dat ze ‘twee keer zo hard moest werken om half zo ver te komen als een witte’, en dat deed ze.

‘Daarbij liet ik mij inderdaad door niets beperken. Toen mijn docent mij voorhield dat ik een impopulair instrument moest gaan spelen als ik met mijn kleur iets wilde bereiken in de klassieke muziek en met de contrabas aan kwam zetten moest ik even slikken – ik ben erg klein – maar vervolgens ben ik er vol voor gegaan.’ Het bracht haar inderdaad aan de top van de klassieke muziek­wereld, waar ze mede aan de wieg stond van het Orchestra of the Age of Enlightenment en speelde bij de Academy of St Martin-in-the-Fields, en waar ze decennialang de enige musicus van kleur was. ‘Ik was daar op dat moment niet zo mee bezig. Alle aandacht ging naar keihard repeteren en spelen.’

Vreemde eend

Toch knaagde er iets. ‘Ik was altijd de vreemde eend in de bijt’, zegt Nwanoku. ‘Zelfs na dertig jaar werd ik nog regelmatig bekeken als een of andere noviteit. Daardoor voelde ik wel een bepaalde leegte: ik begreep nooit waarom ik de enige zwarte was in het orkest en waarom het publiek en de componisten die wij speelden altijd wit waren. Alleen sprak ik er niet over omdat ik niet defen­sief of para­noïde over wilde komen.’

‘Wij voeden onszelf en de luisteraars op met geweldige muziek die soms eeuwenlang verwaarloosd is’

De omslag kwam in 2014. Nwanoku bezocht in Londen een concert in de Royal Festival Hall van het Kinshasa Symphony Orchestra uit Congo dat zijn tienjarig jubileum vierde. Daar ontmoette ze Ed Vaizey, de toenmalige cultuurminister van het Verenigd Koninkrijk. Bij eerdere gelegenheden had hij haar al gevraagd waarom zij als enige zwarte musicus regelmatig in de concertzalen te zien was. ‘Met die opmerking in gedachte raakte de verbazing van het overwegend witte publiek dat een zwart orkest Beethoven en Berlioz fantastisch kon spelen, mij enorm’, zegt Nwanoku. Na het concert nam ze zich voor er iets aan te doen. ‘Er was geen enkele zwarte collega in het publiek. Het kwartje viel. Ik realiseerde me dat ik een stem heb, dat ik invloed heb in de klassieke wereld.’

Ze ging op zoek naar muzikanten met een etnische achtergrond en het Chineke! Orchestra was geboren. ‘Er was zoveel talent dat ik meteen ook een jeugd­orkest oprichtte, dat deze zomer in Het Concertgebouw speelde. De meeste kinderen in het orkest waren nog nooit buiten Engeland geweest.’

De naam van het orkest ontleende ze aan het Igbo, de taal van een groot deel van de oorspronkelijke Nigeriaanse bevolking. ­‘Chineke is een belangrijk woord in onze taal, een woord met een geschiedenis die zo’n 50.000 jaar teruggaat. Chi betekent ‘jouw beschermengel’ en het achtervoegsel neke ‘grote schepper’. Chineke!, wat zich laat vertalen als ‘grote schepper van alle goede dingen’, klinkt vaak als uitroep van verwondering en verbazing bij mooie momenten of zaken van grote schoonheid. Het uitroepteken is daarbij essentieel.’

Chi-chi Nwanoku
in 13 dilemma’s

koffie / thee
Engeland / Nigeria ‘Vreselijke vraag. Mijn wortels liggen in Nigeria maar ik ben opgegroeid in Engeland. Mijn spirituele ziel behoort aan Nigeria.’
Contrabas / orkest­organisatie ‘De bas, die is het fundament van alles.’
Sneeuw
/ Gras
Ochtend / Avond
Zomer
/ Winter
Roman
/ Gedicht
Radio / Tv ‘De tv prikkelt als een opera alle zinnen.’
Oude muziek / Hedendaags ‘Oude muziek heb ik na meer dan dertig jaar spelen wel gezien.’
Jazz / Pop
Musiceren
/ Luisteren
Solo / Ensemble
Florence Price
/ Fanny Mendelssohn

 

Nodig

In zeven jaar tijd is het orkest uitgegroeid tot een factor van betekenis. Niet alleen door de kwaliteit van de musici, maar ook door de keuze van het repertoire. ‘We worden gedreven door een missie, ook wat het repertoire betreft. Daarom spelen we fantastische muziek van zwarte componisten als Samuel Coleridge-­Taylor, George Walker en ­Florence Price.’

Dat in Het Concertgebouw ook Dvořáks Negende symfonie ‘Uit de Nieuwe Wereld’ op het programma staat, vindt Nwanoku vanzelfsprekend. ‘Er was in die tijd geen Amerikaanse klassieke muziekstijl. Dvořák vond de klank van de Verenigde Staten door te luisteren naar de muziek van het volk. Hij ­baseerde zich onder meer op de pentatonische toonladder, de toon­ladder van de zwarte Afrikanen.’

Maar het merendeel van het repertoire blijft afkomstig van componisten met verschillende etnische achtergronden. ‘Wij voeden onszelf en de luisteraars zo op met geweldige muziek die soms eeuwenlang verwaarloosd is. En het is fantastisch dat andere orkesten inmiddels het repertoire spelen dat wij herontdekt en geprogrammeerd hebben.’

Toch is er nog veel werk te doen. ‘We zijn slechts zeven jaar oud. Als we morgen stoppen gaat er nog steeds een zucht van verlichting door een groot deel van de witte gemeenschap omdat die dan niet meer geconfronteerd wordt met een zelfgeschapen ongelijkheid. Maar het is nog veel te vroeg om zelfs maar te kunnen zeggen dat het Chineke! Orchestra op een dag niet meer nodig is.’

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.