Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier

Wat is pizzicato?

pizzicato

De speelaanduiding ‘pizzicato’ geeft aan dat op een strijkinstrument noten met de vingers getokkeld moeten worden.

Wat is pizzicato? 

Pizzicato is een speeltechniek op strijkinstrumenten, waarbij men met (meestal) de wijsvinger van de rechterhand tokkelt, terwijl men de strijkstok al dan niet weglegt. Paganini zette met complexe pizzicato-technieken – zoals afwisselend met de rechter- en de linkerhand tokkelen of tegelijkertijd strijken (met rechts) en tokkelen (met links) – een nieuwe norm voor latere violisten. Bij het zogenaamde ‘Bartók-pizzicato’ tokkelt men zo hard, dat de snaar op de toets slaat, wat een percussief effect heeft. In jazz ging pizzicato een eigen leven leiden: daarin worden de contrabaspartijen van oudsher ‘geplukt’. 

In welke muziek klinkt pizzicatospel?

Vroege voorbeelden van pizzicatospel vind je bij Monteverdi en Bach, maar pas in de Klassieke Periode werd pizzicato een veelgebruikt stijlmiddel. Componisten imiteerden daarmee vaak een ‘exotisch’ instrument als de gitaar, of omgevingsgeluiden als regen of zelfs geschut. Abstracter, maar even expressief, is pizzicato in bijvoorbeeld het Scherzo van Tsjaikovski’s Vierde symfonie, waarin de strijkers uitsluitend tokkelen. 

Wat is pizzicato? 

Pizzicato is een speeltechniek op strijkinstrumenten, waarbij men met (meestal) de wijsvinger van de rechterhand tokkelt, terwijl men de strijkstok al dan niet weglegt. Paganini zette met complexe pizzicato-technieken – zoals afwisselend met de rechter- en de linkerhand tokkelen of tegelijkertijd strijken (met rechts) en tokkelen (met links) – een nieuwe norm voor latere violisten. Bij het zogenaamde ‘Bartók-pizzicato’ tokkelt men zo hard, dat de snaar op de toets slaat, wat een percussief effect heeft. In jazz ging pizzicato een eigen leven leiden: daarin worden de contrabaspartijen van oudsher ‘geplukt’. 

In welke muziek klinkt pizzicatospel?

Vroege voorbeelden van pizzicatospel vind je bij Monteverdi en Bach, maar pas in de Klassieke Periode werd pizzicato een veelgebruikt stijlmiddel. Componisten imiteerden daarmee vaak een ‘exotisch’ instrument als de gitaar, of omgevingsgeluiden als regen of zelfs geschut. Abstracter, maar even expressief, is pizzicato in bijvoorbeeld het Scherzo van Tsjaikovski’s Vierde symfonie, waarin de strijkers uitsluitend tokkelen.