Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
interview

Dirigent Daniel Harding: ‘De dag nadat ik mijn vliegbrevet haalde, dirigeerde ik Mahlers Achtste symfonie’

door Carine Alders
12 aug. 2021 12 augustus 2021

Op 10 september opent het Concert­gebouworkest een nieuw seizoen. De dirigent en piloot Daniel Harding nodigt u uit voor een muzikale reis. Hij is opgelucht dat het weer kan, zowel concerten geven als vliegen.

  • Daniel Harding

    foto: Julian Hargreaves

    Daniel Harding

    foto: Julian Hargreaves

  • Daniel Harding

    foto: Julian Hargreaves

    Daniel Harding

    foto: Julian Hargreaves

Eigenlijk had Opening Night 2021 tegelijk de afsluiting van een sabbatical moeten zijn, waarin Daniel Harding van start zou gaan als piloot op de lijnvluchten van A­ir France. Het liep allemaal anders, vliegtuigen bleven aan de grond. Optimist Harding: ‘Dat maakte wel dat ik heel flexibel werd, ik kon makkelijk op last minute vragen van orkesten ingaan.’ Zo dirigeerde hij in november 2020 het Concertgebouworkest ten behoeve van twee livestreams. En als alles goed is gegaan, heeft hij in augustus tijdens de BankGiro Loterij ZomerConcerten het orkest in vier korte concerten gedirigeerd. Deze gelden als opmaat voor de zomertournee van 27 augustus tot en met 1 september. Zo’n uitgebreide concertreeks is een fijne gelegenheid om de musici nog beter te leren kennen. ‘Waardevolle vriendschappen groeien als je samen ervaringen deelt, je moet er geduld voor hebben.’

‘Ik ken geen ander orkest dat zo delicaat en transparant kan spelen’

Vertrouwensband

Dat geduld wordt beloond. Het seizoen 2021/22 markeert een nieuwe fase in de relatie tussen orkest en dirigent: Harding wordt een van de vaste dirigenten en zal ieder seizoen meerdere programma’s leiden. Sinds zijn debuut in 2004 stond hij al ruim zestig keer voor het Concertgebouworkest. Bijna elk seizoen was hij te gast in Amsterdam, en in verschillende jaren trok hij met het orkest door Europa. In 2019 vond een tournee plaats door de Verenigde Staten, die uitmondde in twee concerten in de legendarische Carnegie Hall in New York. ‘In al die jaren is er een vertrouwensband gegroeid. Ik ben vaak met het orkest op tournee geweest, dan leer je musici goed kennen. Het orkest heeft een serieuze houding, de mensen zijn verschrikkelijk aardig en er is een groot respect voor het werkproces. Er komen natuurlijk ook steeds nieuwe mensen bij, soms ken ik hen al van andere orkesten die ik gedirigeerd heb.’ Altvioliste Edith van ­Moergastel noemde Daniel Harding een van de dirigenten die iedereen heel snel op dezelfde golflengte krijgen. Harding: ‘Misschien heeft het met ademen te maken, ik snap hun timing. Ik ervaar het als een enorme luxe om met dit orkest te werken, het is echt een ‘high performance machine’. Ik adoreer ze. Ik ken geen ander orkest dat zo delicaat en transparant kan spelen. Ik vermoed dat het ook met de zaal te maken heeft, maar spierballenvertoon en goulashsoep zul je in Amsterdam niet horen. Transparantie is echt alles en gelukkig is dat de standaardinstelling van het orkest. Daarnaast hebben de aanvoerders een ongelooflijke verbeeldingskracht. Het orkest is heel rijk aan materiaal en zeer gedisciplineerd in de uitvoering.’

Twee beroepen

Hoe kijkt Harding aan tegen zijn nieuwe rol in Amsterdam? ‘Dirigent zijn bestaat eigenlijk uit twee verschillende beroepen. Aan de ene kant heb je bij verschillende orkesten als gastdirigent de taak om binnen een paar dagen een mooi resultaat neer te zetten. Je hebt een kortetermijndoel. Maar aan de andere kant richt ik mijn doelen als artistiek leider van het Zweeds Radio Symfonieorkest [waarbij Harding op 24 november in Het Concertgebouw Mahler dirigeert, red.] niet op komende donderdag, maar op de volgende vijf jaar. In die functie heb je veel meer tijd om dieper op de muziek in te gaan. Je kunt alles ontleden en vervolgens weer opnieuw in elkaar zetten. Mijn relatie met het Concertgebouworkest zal daar tussenin zitten. Ik kan met het orkest praten over zaken die we niet binnen vijf dagen hoeven op te lossen. Heel interessant om te zien wat we verder kunnen bereiken.’

Maar Harding heeft ook letterlijk twee beroepen. Zijn passie voor het vliegen is nog ouder dan zijn passie voor muziek. ‘Als achtjarige kreeg ik een homecomputer. Dat was heel bijzonder begin jaren 1980, bijna niemand had dat. Op die ­computer had ik een vluchtsimulator. Als tiener was het mijn droom om echt te kunnen vliegen. Maar vervolgens begon ik al heel vroeg met dirigeren, dus dat was het einde van mijn vliegeniersdroom.’

Verliefd op vliegen

‘Tegen de tijd dat ik veertig werd, voelde ik de behoefte om mezelf opnieuw uit te dagen, om mijn brein op een andere manier te stimuleren. Ik gaf mezelf de opleiding voor een vliegbrevet cadeau. Ik haalde mijn privé-vliegbrevet, maar kon niet meer stoppen. Ik was helemaal verliefd op vliegen. Al mijn medestudenten gingen verder met de opleiding en dat wilde ik ook. Zo werd ik de enige piloot in opleiding bij Air France die niet in dienst was, ik leerde de Airbus A320 vliegen. De dag nadat ik het commer­ciële vliegbrevet had gehaald dirigeerde ik Mahlers Achtste symfonie.’

Je zou verwachten dat voor de succesvolle dirigent het vliegen een leuk intermezzo was, einde vliegcarrière. Maar zo zit Harding niet in elkaar. ‘Ik trok gewoon de stoute schoenen aan en besloot te solliciteren bij Air France. Een ingewikkelde procedure van ruim een jaar met allerlei persoonlijkheidstests. Ze boden me uiteindelijk een baan aan. En toen dacht ik natuurlijk: wat nu. Air France waardeert werknemers met een bijzondere achtergrond en geschiedenis. Ze denken graag mee over het in elkaar passen van mijn twee professies. Ik ben er heel trots op.’

Eigenlijk had Opening Night 2021 tegelijk de afsluiting van een sabbatical moeten zijn, waarin Daniel Harding van start zou gaan als piloot op de lijnvluchten van A­ir France. Het liep allemaal anders, vliegtuigen bleven aan de grond. Optimist Harding: ‘Dat maakte wel dat ik heel flexibel werd, ik kon makkelijk op last minute vragen van orkesten ingaan.’ Zo dirigeerde hij in november 2020 het Concertgebouworkest ten behoeve van twee livestreams. En als alles goed is gegaan, heeft hij in augustus tijdens de BankGiro Loterij ZomerConcerten het orkest in vier korte concerten gedirigeerd. Deze gelden als opmaat voor de zomertournee van 27 augustus tot en met 1 september. Zo’n uitgebreide concertreeks is een fijne gelegenheid om de musici nog beter te leren kennen. ‘Waardevolle vriendschappen groeien als je samen ervaringen deelt, je moet er geduld voor hebben.’

‘Ik ken geen ander orkest dat zo delicaat en transparant kan spelen’

Vertrouwensband

Dat geduld wordt beloond. Het seizoen 2021/22 markeert een nieuwe fase in de relatie tussen orkest en dirigent: Harding wordt een van de vaste dirigenten en zal ieder seizoen meerdere programma’s leiden. Sinds zijn debuut in 2004 stond hij al ruim zestig keer voor het Concertgebouworkest. Bijna elk seizoen was hij te gast in Amsterdam, en in verschillende jaren trok hij met het orkest door Europa. In 2019 vond een tournee plaats door de Verenigde Staten, die uitmondde in twee concerten in de legendarische Carnegie Hall in New York. ‘In al die jaren is er een vertrouwensband gegroeid. Ik ben vaak met het orkest op tournee geweest, dan leer je musici goed kennen. Het orkest heeft een serieuze houding, de mensen zijn verschrikkelijk aardig en er is een groot respect voor het werkproces. Er komen natuurlijk ook steeds nieuwe mensen bij, soms ken ik hen al van andere orkesten die ik gedirigeerd heb.’ Altvioliste Edith van ­Moergastel noemde Daniel Harding een van de dirigenten die iedereen heel snel op dezelfde golflengte krijgen. Harding: ‘Misschien heeft het met ademen te maken, ik snap hun timing. Ik ervaar het als een enorme luxe om met dit orkest te werken, het is echt een ‘high performance machine’. Ik adoreer ze. Ik ken geen ander orkest dat zo delicaat en transparant kan spelen. Ik vermoed dat het ook met de zaal te maken heeft, maar spierballenvertoon en goulashsoep zul je in Amsterdam niet horen. Transparantie is echt alles en gelukkig is dat de standaardinstelling van het orkest. Daarnaast hebben de aanvoerders een ongelooflijke verbeeldingskracht. Het orkest is heel rijk aan materiaal en zeer gedisciplineerd in de uitvoering.’

Twee beroepen

Hoe kijkt Harding aan tegen zijn nieuwe rol in Amsterdam? ‘Dirigent zijn bestaat eigenlijk uit twee verschillende beroepen. Aan de ene kant heb je bij verschillende orkesten als gastdirigent de taak om binnen een paar dagen een mooi resultaat neer te zetten. Je hebt een kortetermijndoel. Maar aan de andere kant richt ik mijn doelen als artistiek leider van het Zweeds Radio Symfonieorkest [waarbij Harding op 24 november in Het Concertgebouw Mahler dirigeert, red.] niet op komende donderdag, maar op de volgende vijf jaar. In die functie heb je veel meer tijd om dieper op de muziek in te gaan. Je kunt alles ontleden en vervolgens weer opnieuw in elkaar zetten. Mijn relatie met het Concertgebouworkest zal daar tussenin zitten. Ik kan met het orkest praten over zaken die we niet binnen vijf dagen hoeven op te lossen. Heel interessant om te zien wat we verder kunnen bereiken.’

Maar Harding heeft ook letterlijk twee beroepen. Zijn passie voor het vliegen is nog ouder dan zijn passie voor muziek. ‘Als achtjarige kreeg ik een homecomputer. Dat was heel bijzonder begin jaren 1980, bijna niemand had dat. Op die ­computer had ik een vluchtsimulator. Als tiener was het mijn droom om echt te kunnen vliegen. Maar vervolgens begon ik al heel vroeg met dirigeren, dus dat was het einde van mijn vliegeniersdroom.’

Verliefd op vliegen

‘Tegen de tijd dat ik veertig werd, voelde ik de behoefte om mezelf opnieuw uit te dagen, om mijn brein op een andere manier te stimuleren. Ik gaf mezelf de opleiding voor een vliegbrevet cadeau. Ik haalde mijn privé-vliegbrevet, maar kon niet meer stoppen. Ik was helemaal verliefd op vliegen. Al mijn medestudenten gingen verder met de opleiding en dat wilde ik ook. Zo werd ik de enige piloot in opleiding bij Air France die niet in dienst was, ik leerde de Airbus A320 vliegen. De dag nadat ik het commer­ciële vliegbrevet had gehaald dirigeerde ik Mahlers Achtste symfonie.’

Je zou verwachten dat voor de succesvolle dirigent het vliegen een leuk intermezzo was, einde vliegcarrière. Maar zo zit Harding niet in elkaar. ‘Ik trok gewoon de stoute schoenen aan en besloot te solliciteren bij Air France. Een ingewikkelde procedure van ruim een jaar met allerlei persoonlijkheidstests. Ze boden me uiteindelijk een baan aan. En toen dacht ik natuurlijk: wat nu. Air France waardeert werknemers met een bijzondere achtergrond en geschiedenis. Ze denken graag mee over het in elkaar passen van mijn twee professies. Ik ben er heel trots op.’

  • Daniel Harding

    foto: Julian Hargreaves

    Daniel Harding

    foto: Julian Hargreaves

  • Daniel Harding

    foto: Julian Hargreaves

    Daniel Harding

    foto: Julian Hargreaves

Knop om

‘Het heeft ook een positieve invloed op mijn dirigeren. Als dirigent ben je geneigd om overal ja op te zeggen. Als iemand je een mooi concert met een goed orkest aanbiedt, kun je bijna geen nee zeggen. Je raakt dan gauw het perspectief kwijt, je kunt niet meer reflecteren op wat je doet. Nu word ik gedwongen om na te denken over wat ik aanneem. Ik kan de tijd en ruimte nemen om mijn hersenen op een andere manier in te zetten. Als ik niet vlieg heb ik altijd muziek in mijn hoofd. Echt altijd, ik kan het niet uitzetten. Ik ben altijd aan het nadenken over hoe ik muzikale vraagstukken op kan lossen. Alleen tijdens het vliegen kan ik die knop omzetten en de muziek stoppen.’

‘Wat ik geleerd heb als piloot, pas ik ook toe op het dirigeren.’

Leren en groeien

‘Ik begin de eerste tien tot vijftien jaar als copiloot. Dat is ook het mooie aan dit beroep, het voortdurend leren en groeien zit erin gebakken, daar krijg je alle ruimte voor. Wat ik geleerd heb als piloot, pas ik ook toe op het dirigeren. Als dirigent ben je voor alles een musicus, maar eigenlijk komen de vaardigheden van beide beroepen voor een groot deel overeen. Een voorbeeld is het werken met een team. Het is belangrijk dat je de vaardigheden van mensen om je heen goed kunt inschatten en dat je begrijpt wie welke talenten heeft. Daarvoor moet je heel eerlijk kunnen zijn. Als dirigent komen al die instrumenten in het orkest op je af en jij moet als dirigent meteen herkennen wat belangrijk is en vervolgens de juiste beslissingen nemen. Dat is met vliegen net zo. Je moet uit een enorme hoeveelheid gegevens de belangrijkste informatie kiezen en daarop handelen. Je moet in beide beroepen kunnen focussen, keuzes maken en je niet af laten leiden. Ik moet begrijpen wat mensen om mij heen nodig hebben en ik moet hen helpen hun taak zo goed mogelijk uit te voeren. Ik moet niet alles zelf willen doen.’

Young geleerd

Leren en groeien staat ook centraal bij Concertgebouworkest Young. Deze zomer kwamen voor de tweede keer tientallen jongeren uit heel Europa naar Amsterdam om zich te bekwamen in het ­orkestspel en in de Grote Zaal een BankGiro Loterij ZomerConcert te spelen, deze keer onder leiding van Daniel Harding. De dirigent is er enthousiast over: ‘Musici worden opgeleid om solist te worden, maar laten we eerlijk zijn, velen zullen – als ze geluk hebben – orkestmusicus worden. En dat is fantastisch, maar samenspelen moet je wel leren. Deze leeftijdsgroep is heel speciaal. In de leeftijd tussen 14 en 18 jaar kunnen ze nog enorm veel informatie absorberen en kun je ze nog echt inspireren.’ Harding is sowieso een bruggenbouwer naar de volgende generatie. In 2019 in New York mochten jonge musici van het National Youth Orchestra of the USA Side by Side met het Concert­gebouworkest meespelen, een fantastische kans om orkestervaring op te doen. Een bijzonder moment met het Concertgebouworkest was ook het optreden tijdens Lowlands in 2015. ‘Dat was nog knap lastig, want de akoestiek maakte dat we onszelf moeilijk konden horen. Maar de sfeer was geweldig. Heel bijzonder om een totaal nieuw publiek te ontmoeten. Mijn kinderen waren echt trots op mij!’

Gevaar en schoonheid

Het programma voor Opening Night 2021, een openluchtconcert dit keer, is bijzonder feestelijk, met veel publieksfavorieten. Het begint en eindigt met stadsrumoer: Chase van Joey Roukens werd geïnspireerd door een achtervolgingsscène (in John Frankenheimers Ronin) die zich afspeelt in Parijs, en in An American in Paris laat Gershwin zijn impressies van diezelfde stad horen. Leonidas Kavakos betovert met zijn viool in Paganini’s La Campanella en Ravels Tzigane alle duiven op de Dam. Don Juan van Richard Strauss, de Ouverture ‘La forza del destino’ van Verdi, D’un matin de printemps van Lili Boulanger: het zijn allemaal werken waarbij we weer kunnen genieten van een grote en kleurrijke orkestklank. ‘De kunst van het Concertgebouworkest is dat ze de volle rijke klank kunnen creëren, maar tegelijk heel verfijnd en intelligent articuleren. In de luchtvaart is alles gericht op veiligheid, op de bok kun je risico’s nemen. Als musicus weet je: als we naar het gevaar toe gaan, vind je daar de schoonheid.’

Daniel Harding
Daniel Harding werd geboren in Oxford en begon zijn carrière als dirigent als assistent van Simon Rattle bij het City of Birmingham Symphony Orchestra. In 1994 gaf hij zijn eerste optreden met dat orkest. Vervolgens assisteerde hij Claudio Abbado bij de Berliner Philharmoniker, die hij voor het eerst leidde tijdens de Berliner Festspiele in 1996. In de jaren daarna werd hij een geliefd gastdirigent bij de Wiener Philharmoniker, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks, het Koninklijk Concertgebouworkest, de Filarmonica della Scala in Milaan en de Staatskapelle Dresden. Het Mahler Chamber Orchestra benoemde hem tot eredirigent voor het leven. Ook ontwikkelde Daniel Harding zich tot een succesvol operadirigent; zo opende hij het seizoen 2005/06 van La Scala met Mozarts Idomeneo, waarna hij vele malen werd teruggevraagd. Sinds 2007 is hij artistiek leider en chef-dirigent van het Zweeds Radio Symfonie­orkest. Van 2007 tot 2017 was Daniel Harding bovendien eerste gastdirigent van het London Symphony Orchestra en tussen 2016 en 2019 stond hij aan het hoofd van het Orchestre de Paris. In 2018 volgde hij John Eliot Gardiner op als artistiek leider van het Anima Mundi Festival, dat jaarlijks plaatsvindt in de kathedraal van Pisa, Italië. Onder de recente hoogtepunten met het Concertgebouworkest vinden we de tournee door de Verenigde Staten in februari 2019 en een concertante uitvoering van het tweede bedrijf van Wagners Tristan und Isolde in de zomer van dat jaar.

Knop om

‘Het heeft ook een positieve invloed op mijn dirigeren. Als dirigent ben je geneigd om overal ja op te zeggen. Als iemand je een mooi concert met een goed orkest aanbiedt, kun je bijna geen nee zeggen. Je raakt dan gauw het perspectief kwijt, je kunt niet meer reflecteren op wat je doet. Nu word ik gedwongen om na te denken over wat ik aanneem. Ik kan de tijd en ruimte nemen om mijn hersenen op een andere manier in te zetten. Als ik niet vlieg heb ik altijd muziek in mijn hoofd. Echt altijd, ik kan het niet uitzetten. Ik ben altijd aan het nadenken over hoe ik muzikale vraagstukken op kan lossen. Alleen tijdens het vliegen kan ik die knop omzetten en de muziek stoppen.’

‘Wat ik geleerd heb als piloot, pas ik ook toe op het dirigeren.’

Leren en groeien

‘Ik begin de eerste tien tot vijftien jaar als copiloot. Dat is ook het mooie aan dit beroep, het voortdurend leren en groeien zit erin gebakken, daar krijg je alle ruimte voor. Wat ik geleerd heb als piloot, pas ik ook toe op het dirigeren. Als dirigent ben je voor alles een musicus, maar eigenlijk komen de vaardigheden van beide beroepen voor een groot deel overeen. Een voorbeeld is het werken met een team. Het is belangrijk dat je de vaardigheden van mensen om je heen goed kunt inschatten en dat je begrijpt wie welke talenten heeft. Daarvoor moet je heel eerlijk kunnen zijn. Als dirigent komen al die instrumenten in het orkest op je af en jij moet als dirigent meteen herkennen wat belangrijk is en vervolgens de juiste beslissingen nemen. Dat is met vliegen net zo. Je moet uit een enorme hoeveelheid gegevens de belangrijkste informatie kiezen en daarop handelen. Je moet in beide beroepen kunnen focussen, keuzes maken en je niet af laten leiden. Ik moet begrijpen wat mensen om mij heen nodig hebben en ik moet hen helpen hun taak zo goed mogelijk uit te voeren. Ik moet niet alles zelf willen doen.’

Young geleerd

Leren en groeien staat ook centraal bij Concertgebouworkest Young. Deze zomer kwamen voor de tweede keer tientallen jongeren uit heel Europa naar Amsterdam om zich te bekwamen in het ­orkestspel en in de Grote Zaal een BankGiro Loterij ZomerConcert te spelen, deze keer onder leiding van Daniel Harding. De dirigent is er enthousiast over: ‘Musici worden opgeleid om solist te worden, maar laten we eerlijk zijn, velen zullen – als ze geluk hebben – orkestmusicus worden. En dat is fantastisch, maar samenspelen moet je wel leren. Deze leeftijdsgroep is heel speciaal. In de leeftijd tussen 14 en 18 jaar kunnen ze nog enorm veel informatie absorberen en kun je ze nog echt inspireren.’ Harding is sowieso een bruggenbouwer naar de volgende generatie. In 2019 in New York mochten jonge musici van het National Youth Orchestra of the USA Side by Side met het Concert­gebouworkest meespelen, een fantastische kans om orkestervaring op te doen. Een bijzonder moment met het Concertgebouworkest was ook het optreden tijdens Lowlands in 2015. ‘Dat was nog knap lastig, want de akoestiek maakte dat we onszelf moeilijk konden horen. Maar de sfeer was geweldig. Heel bijzonder om een totaal nieuw publiek te ontmoeten. Mijn kinderen waren echt trots op mij!’

Gevaar en schoonheid

Het programma voor Opening Night 2021, een openluchtconcert dit keer, is bijzonder feestelijk, met veel publieksfavorieten. Het begint en eindigt met stadsrumoer: Chase van Joey Roukens werd geïnspireerd door een achtervolgingsscène (in John Frankenheimers Ronin) die zich afspeelt in Parijs, en in An American in Paris laat Gershwin zijn impressies van diezelfde stad horen. Leonidas Kavakos betovert met zijn viool in Paganini’s La Campanella en Ravels Tzigane alle duiven op de Dam. Don Juan van Richard Strauss, de Ouverture ‘La forza del destino’ van Verdi, D’un matin de printemps van Lili Boulanger: het zijn allemaal werken waarbij we weer kunnen genieten van een grote en kleurrijke orkestklank. ‘De kunst van het Concertgebouworkest is dat ze de volle rijke klank kunnen creëren, maar tegelijk heel verfijnd en intelligent articuleren. In de luchtvaart is alles gericht op veiligheid, op de bok kun je risico’s nemen. Als musicus weet je: als we naar het gevaar toe gaan, vind je daar de schoonheid.’

Daniel Harding
Daniel Harding werd geboren in Oxford en begon zijn carrière als dirigent als assistent van Simon Rattle bij het City of Birmingham Symphony Orchestra. In 1994 gaf hij zijn eerste optreden met dat orkest. Vervolgens assisteerde hij Claudio Abbado bij de Berliner Philharmoniker, die hij voor het eerst leidde tijdens de Berliner Festspiele in 1996. In de jaren daarna werd hij een geliefd gastdirigent bij de Wiener Philharmoniker, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks, het Koninklijk Concertgebouworkest, de Filarmonica della Scala in Milaan en de Staatskapelle Dresden. Het Mahler Chamber Orchestra benoemde hem tot eredirigent voor het leven. Ook ontwikkelde Daniel Harding zich tot een succesvol operadirigent; zo opende hij het seizoen 2005/06 van La Scala met Mozarts Idomeneo, waarna hij vele malen werd teruggevraagd. Sinds 2007 is hij artistiek leider en chef-dirigent van het Zweeds Radio Symfonie­orkest. Van 2007 tot 2017 was Daniel Harding bovendien eerste gastdirigent van het London Symphony Orchestra en tussen 2016 en 2019 stond hij aan het hoofd van het Orchestre de Paris. In 2018 volgde hij John Eliot Gardiner op als artistiek leider van het Anima Mundi Festival, dat jaarlijks plaatsvindt in de kathedraal van Pisa, Italië. Onder de recente hoogtepunten met het Concertgebouworkest vinden we de tournee door de Verenigde Staten in februari 2019 en een concertante uitvoering van het tweede bedrijf van Wagners Tristan und Isolde in de zomer van dat jaar.

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.