Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
interview

‘Terug willen geven speelt zeker een rol’

door Gijs de Swarte
18 dec. 2023 18 december 2023

Willem F. Korthals Altes is muziek­liefhebber tot in het diepst van zijn ziel, en heeft Het Concertgebouw in zijn nalatenschap opgenomen. Een gesprek over muziek, werk en levenskeuzes.

  • Willem F. Altes Korthals

    Foto: Bart Boonen

    Willem F. Altes Korthals

    Foto: Bart Boonen

  • Willem F. Altes Korthals

    Foto: Bart Boonen

    Willem F. Altes Korthals

    Foto: Bart Boonen

Als ik hem spreek staat Willem Korthals Altes (74) op het punt om naar Suriname te vertrekken om daar juristen tot rechter op te leiden. Tot zijn 73ste verjaardag werkte hij zelf als rechter. In 1974 studeerde hij af aan de Universiteit van Amsterdam op het Nederlands recht. Daarna was hij vijf jaar advocaat. Hij studeerde in New York en promoveerde met een proefschrift over het journalistieke brongeheim. Hij was enkele jaren lid van het koor van het Concertgebouworkest en is actief in besturen van diverse muziekorganisaties. In 2022 verscheen zijn boek Strijkkwartetten in Nederland; een blik achter het podium.

Een nauwe band met Het Concertgebouw, dat mogen we toch wel zeggen?
‘Ja, zeker. We woonden er in m’n jeugd vlakbij. Ik ben op m’n achtste piano gaan spelen en er in 1960 voor het eerst met mijn vader naartoe gegaan. Arthur Rubinstein speelde het Vijfde pianoconcert van Beethoven. Verkocht was ik, dat is misschien wel het beste woord.’

Wat wil dat voor u zeggen?
‘In de zaal zitten en na een tijdje merken dat je volledig bent opgegaan in de muziek. Fluitend naar huis, met een goed humeur. En zeker ook het nagenieten; hoe de muziek in de dagen en soms wel weken daarna steeds weer even weer bij je opkomt.’

De jaren zestig braken aan, er gebeurde nogal wat in de muziek. Hoe ­beleefde een jonge, opgroeiende klassieke ­muziekliefhebber dat?
‘Wat ik van pop- en rockmuziek vind? Dat aspect van die tijd was niet zo aan mij besteed. Bij ons thuis werden er weleens grappen over gemaakt, vooral met Sinterklaas. Willem luistert alleen naar… enzovoort. Tja, ik weet ook niet hoe je muziekvoorkeuren ontstaan. Het is misschien zo dat de in die muziek zo nadrukkelijk aanwezige percussie mijn smaak niet is.’

Dus voor u alleen klassiek. U heeft zelfs nog gezongen onder Bern­ard Haitink.
‘Ja, dat was zo indrukwekkend; weer zo’n moment dat me aan Het Concertgebouw verbindt. Wat me er vooral nog van bijstaat is de enorm inspirerende aanwezigheid van de man. Ik herinner me een soort peptalk voor het concert, en dat je merkte dat iedereen zich totaal wilde geven daarna.’

U heeft een voorkeur voor de Kleine Zaal, voor strijkkwartetten in het bijzonder, u heeft er zelfs een boek over geschreven.
‘Ik wilde alles weten. Hoe de ensembles tot stand zijn gekomen. Hoe de musici samenwerken op weg naar een hoger niveau. Hoe hard ze werken ook. Waar dat talent nu precies zit. De euforie na een optreden. Wie ze zijn. Hoe ze leven.’

Nog dichter bij de muziek...
‘En gedreven door nieuwsgierigheid. Je hebt affiniteit met iets en wil er meer van weten. En het is zeker ook het delen van het plezier dat ik er zelf aan ontleen. Ik heb het boek geschreven voor mensen die net als ik concerten van strijkkwartetten bezoeken.’

Hoe vaak heeft u een concert in Het Concertgebouw bijgewoond?
‘Geen idee. Even rekenen... Ik schat zo tussen de achthonderd en duizend keer.’

Zo diep in de muziek gedoken, talent voor zang en piano, heeft u nooit een muzikale carrière overwogen?
‘Zeker wel. Maar ik heb al vrij snel een nogal simpele afweging gemaakt. Ik kon wel iets maar om daarin echt te excelleren, laat ik zeggen niveau optreden in Het Concertgebouw, daar moet je zo vreselijk goed voor zijn. Dus dan maak je een keuze. En studeren ging me altijd wel goed af.’

‘Als je het voor je na­­bestaanden geregeld hebt, kijk je wat je verder kunt doen’

Was het achteraf gezien de juiste keuze?
‘Dat is een vraag waar je sowieso graag ja op antwoordt. In deze fase van mijn leven, als ik moest kiezen tussen zonder muziek of zonder recht, dan zou het juridische deel vervallen. Maar als ik alles overzie... Mijn keuze heeft het mogelijk gemaakt professioneel met het recht bezig te zijn, wat ik heerlijk vind, en de muziek intensief als hobby te mogen beleven. Andersom was niet mogelijk geweest.’

Je komt de familienaam Korthals Altes nogal eens tegen in bestuurlijke, aan de maatschappij bijdragende functies. Heeft u dat van huis uit meegekregen?
‘Nee hoor, niet echt. Mijn vader werkte in het verzekeringswezen en mijn moeder heeft zes kinderen grootgebracht.’

En u gaat na uw pensioen rechters opleiden in Suriname. Er lijkt toch een patroon van ‘teruggeven’ in te zitten.
‘Dat heeft niet zozeer met geven te maken. Het is vooral geweldig leuk en ik krijg de kans om het te doen omdat ze daar, net als bij ons overigens, te weinig rechters hebben en, beter dan bij ons, begrijpen dat ze ­oud-rechters kunnen gebruiken. De rechterlijke macht in Suriname staat als een huis. Een bewonderenswaardig huis als je ziet hoe ze hun rug recht gehouden hebben in de moeilijke jaren.’

Terug naar uw nalatenschap. Wat is de gedachte daarbij?
‘Als je het voor je nabestaanden geregeld hebt, kijk je wat je verder kunt doen. Heel praktisch. En terug willen geven, ja, dat speelt zeker ook een rol. Het Concertgebouw heeft me veel gebracht. Je wilt dat het instituut blijft voortbestaan en in dat opzicht is doneren noodzakelijk. Maar ik ontleen er zelf ook plezier aan. Als we het dan toch over levenskeuzes hebben! Het mes snijdt aan twee kanten, zoals met wel meer dingen die ik gedaan heb en doe. Je kunt niet alles doen, maar wat je kunt doen, moet je doen. En als je er zelf van kunt genieten, ben je een heel eind op de goede weg.’

Het Concertgebouw Fonds steunen
Binnen Het Concertgebouw Fonds verzamelen zich allen die het gebouw en de muziek die daar klinkt een warm hart toedragen, en daarvoor verantwoordelijkheid willen nemen met een schenking of een legaat. Zo dragen we Het Concertgebouw samen de toekomst in. Het Concertgebouw Fonds is een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI) en wordt door de Belastingdienst gerekend tot de Culturele Goede Doelen. Het Fonds is vrijgesteld van schenk- en erfbelasting, u kunt het een legaat nalaten of tot (mede-) erfgenaam benoemen. Een Fonds op Naam is een geschikte optie als u uw steun een specifieke richting wilt geven (bijvoorbeeld een onderdeel van de programmering, of renovatie). Permanente vermelding op het Eretableau in de Museumpleinentree is mogelijk bij een testamentaire schenking vanaf 50.000 euro. Deelnemers aan het nalatenschaps­programma de Toegift worden jaarlijks uitgenodigd voor het Verjaardagsconcert van de Kleine Zaal op 12 mei, een besloten repetitie en een muziekproject voor de kinderen.

Voor meer informatie over schenken of nalaten aan Het Concertgebouw Fonds kunt u contact opnemen met Mr. Jolien Schuerveld, de Toegift, via 06 1780 8018 of met Paula van den Bosch, directie-­assistent, via 020 573 0459. Of mail naar fonds@concertgebouw.nl.

Als ik hem spreek staat Willem Korthals Altes (74) op het punt om naar Suriname te vertrekken om daar juristen tot rechter op te leiden. Tot zijn 73ste verjaardag werkte hij zelf als rechter. In 1974 studeerde hij af aan de Universiteit van Amsterdam op het Nederlands recht. Daarna was hij vijf jaar advocaat. Hij studeerde in New York en promoveerde met een proefschrift over het journalistieke brongeheim. Hij was enkele jaren lid van het koor van het Concertgebouworkest en is actief in besturen van diverse muziekorganisaties. In 2022 verscheen zijn boek Strijkkwartetten in Nederland; een blik achter het podium.

Een nauwe band met Het Concertgebouw, dat mogen we toch wel zeggen?
‘Ja, zeker. We woonden er in m’n jeugd vlakbij. Ik ben op m’n achtste piano gaan spelen en er in 1960 voor het eerst met mijn vader naartoe gegaan. Arthur Rubinstein speelde het Vijfde pianoconcert van Beethoven. Verkocht was ik, dat is misschien wel het beste woord.’

Wat wil dat voor u zeggen?
‘In de zaal zitten en na een tijdje merken dat je volledig bent opgegaan in de muziek. Fluitend naar huis, met een goed humeur. En zeker ook het nagenieten; hoe de muziek in de dagen en soms wel weken daarna steeds weer even weer bij je opkomt.’

De jaren zestig braken aan, er gebeurde nogal wat in de muziek. Hoe ­beleefde een jonge, opgroeiende klassieke ­muziekliefhebber dat?
‘Wat ik van pop- en rockmuziek vind? Dat aspect van die tijd was niet zo aan mij besteed. Bij ons thuis werden er weleens grappen over gemaakt, vooral met Sinterklaas. Willem luistert alleen naar… enzovoort. Tja, ik weet ook niet hoe je muziekvoorkeuren ontstaan. Het is misschien zo dat de in die muziek zo nadrukkelijk aanwezige percussie mijn smaak niet is.’

Dus voor u alleen klassiek. U heeft zelfs nog gezongen onder Bern­ard Haitink.
‘Ja, dat was zo indrukwekkend; weer zo’n moment dat me aan Het Concertgebouw verbindt. Wat me er vooral nog van bijstaat is de enorm inspirerende aanwezigheid van de man. Ik herinner me een soort peptalk voor het concert, en dat je merkte dat iedereen zich totaal wilde geven daarna.’

U heeft een voorkeur voor de Kleine Zaal, voor strijkkwartetten in het bijzonder, u heeft er zelfs een boek over geschreven.
‘Ik wilde alles weten. Hoe de ensembles tot stand zijn gekomen. Hoe de musici samenwerken op weg naar een hoger niveau. Hoe hard ze werken ook. Waar dat talent nu precies zit. De euforie na een optreden. Wie ze zijn. Hoe ze leven.’

Nog dichter bij de muziek...
‘En gedreven door nieuwsgierigheid. Je hebt affiniteit met iets en wil er meer van weten. En het is zeker ook het delen van het plezier dat ik er zelf aan ontleen. Ik heb het boek geschreven voor mensen die net als ik concerten van strijkkwartetten bezoeken.’

Hoe vaak heeft u een concert in Het Concertgebouw bijgewoond?
‘Geen idee. Even rekenen... Ik schat zo tussen de achthonderd en duizend keer.’

Zo diep in de muziek gedoken, talent voor zang en piano, heeft u nooit een muzikale carrière overwogen?
‘Zeker wel. Maar ik heb al vrij snel een nogal simpele afweging gemaakt. Ik kon wel iets maar om daarin echt te excelleren, laat ik zeggen niveau optreden in Het Concertgebouw, daar moet je zo vreselijk goed voor zijn. Dus dan maak je een keuze. En studeren ging me altijd wel goed af.’

‘Als je het voor je na­­bestaanden geregeld hebt, kijk je wat je verder kunt doen’

Was het achteraf gezien de juiste keuze?
‘Dat is een vraag waar je sowieso graag ja op antwoordt. In deze fase van mijn leven, als ik moest kiezen tussen zonder muziek of zonder recht, dan zou het juridische deel vervallen. Maar als ik alles overzie... Mijn keuze heeft het mogelijk gemaakt professioneel met het recht bezig te zijn, wat ik heerlijk vind, en de muziek intensief als hobby te mogen beleven. Andersom was niet mogelijk geweest.’

Je komt de familienaam Korthals Altes nogal eens tegen in bestuurlijke, aan de maatschappij bijdragende functies. Heeft u dat van huis uit meegekregen?
‘Nee hoor, niet echt. Mijn vader werkte in het verzekeringswezen en mijn moeder heeft zes kinderen grootgebracht.’

En u gaat na uw pensioen rechters opleiden in Suriname. Er lijkt toch een patroon van ‘teruggeven’ in te zitten.
‘Dat heeft niet zozeer met geven te maken. Het is vooral geweldig leuk en ik krijg de kans om het te doen omdat ze daar, net als bij ons overigens, te weinig rechters hebben en, beter dan bij ons, begrijpen dat ze ­oud-rechters kunnen gebruiken. De rechterlijke macht in Suriname staat als een huis. Een bewonderenswaardig huis als je ziet hoe ze hun rug recht gehouden hebben in de moeilijke jaren.’

Terug naar uw nalatenschap. Wat is de gedachte daarbij?
‘Als je het voor je nabestaanden geregeld hebt, kijk je wat je verder kunt doen. Heel praktisch. En terug willen geven, ja, dat speelt zeker ook een rol. Het Concertgebouw heeft me veel gebracht. Je wilt dat het instituut blijft voortbestaan en in dat opzicht is doneren noodzakelijk. Maar ik ontleen er zelf ook plezier aan. Als we het dan toch over levenskeuzes hebben! Het mes snijdt aan twee kanten, zoals met wel meer dingen die ik gedaan heb en doe. Je kunt niet alles doen, maar wat je kunt doen, moet je doen. En als je er zelf van kunt genieten, ben je een heel eind op de goede weg.’

Het Concertgebouw Fonds steunen
Binnen Het Concertgebouw Fonds verzamelen zich allen die het gebouw en de muziek die daar klinkt een warm hart toedragen, en daarvoor verantwoordelijkheid willen nemen met een schenking of een legaat. Zo dragen we Het Concertgebouw samen de toekomst in. Het Concertgebouw Fonds is een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI) en wordt door de Belastingdienst gerekend tot de Culturele Goede Doelen. Het Fonds is vrijgesteld van schenk- en erfbelasting, u kunt het een legaat nalaten of tot (mede-) erfgenaam benoemen. Een Fonds op Naam is een geschikte optie als u uw steun een specifieke richting wilt geven (bijvoorbeeld een onderdeel van de programmering, of renovatie). Permanente vermelding op het Eretableau in de Museumpleinentree is mogelijk bij een testamentaire schenking vanaf 50.000 euro. Deelnemers aan het nalatenschaps­programma de Toegift worden jaarlijks uitgenodigd voor het Verjaardagsconcert van de Kleine Zaal op 12 mei, een besloten repetitie en een muziekproject voor de kinderen.

Voor meer informatie over schenken of nalaten aan Het Concertgebouw Fonds kunt u contact opnemen met Mr. Jolien Schuerveld, de Toegift, via 06 1780 8018 of met Paula van den Bosch, directie-­assistent, via 020 573 0459. Of mail naar fonds@concertgebouw.nl.

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.