Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier

De Gift: een fonds voor de houtblazers

door Frederike Berntsen
01 mrt. 2017 01 maart 2017

Na een drukke dag stapt Carola Burgerhout het liefst in de auto om een concert van het Koninklijk Concertgebouworkest te bezoeken. Ze richtte zelfs een Fonds op Naam op waarmee ze steun wil bieden aan de houtblazerssectie van het orkest.

Carola Burgerhout is dag en nacht in de weer op Duindigt, haar familielandgoed in Wassenaar. Even een horeca-examen doen om een van de gebouwen aldaar een goede bestemming te kunnen geven: geen probleem. Muziek vlecht ze door al haar bezigheden heen. ‘Ik ben laat, jaren negentig, met klassieke muziek in aanraking gekomen. De eerste keren dat ik in Het Concertgebouw kwam, klapte ik op precies de verkeerde momenten – ik was echt een leek.'

'Toen ik eenmaal de smaak te pakken had, heb ik diverse abonnementen op het Koninklijk Concertgebouworkest genomen. Ik werk hard, de concerten aan de Van Baerlestraat vormen de rustpunten in mijn week. Voor de stiltemomenten die het orkest mij geeft, wilde ik iets terugdoen, uit dankbaarheid.’

Zweet

En zo ontstond het idee voor een Fonds op Naam – een van de formules die het orkest donateurs aanbiedt om het gezelschap te ondersteunen. Dat het een fonds voor de houtblazers moest worden, stond voor Burgerhout buiten kijf. ‘Ze vormen zo’n belangrijk onderdeel van het orkest, en dan die prachtige solo’s. Zonder de houtblazers geen muziek. Dat mijn achternaam Burgerhout is, is natuurlijk mooi meegenomen. Het is mijn bedoeling dat dit een laagdrempelig fonds is, voor iedereen: alle bijdragen zijn welkom, al is het maar om materiaal voor nieuwe rieten aan te kunnen schaffen.

'Dat mijn achternaam Burgerhout is, is natuurlijk mooi meegenomen'

Misschien kunnen we elkaar in de toekomst, de schenkers en de instrumentalisten, een keer ontmoeten. Als je weet wie wie is, schept dat een band, wel zo leuk.’
Burgerhout praat opgeruimd en vastberaden. ‘Van de houtblazers is de fagot mijn lievelingsinstrument, ik vind de klank ontroerend mooi. Ik hoor behalve in de zaal ook veel muziek in de auto. Muziek past voor mij bij het landschap waar ik doorheen rijd. Ik rijd veel, ook in het buitenland.'

'Bepaalde stukken van de A3 in Duitsland zitten aan concerten vast. Mozarts Eenentwintigste pianoconcert is de A3 ter hoogte van Bad Camberg... Toch, er gaat niets boven de livebeleving van muziek. Het leuke is dat het mensenwerk is. Stel dat die ene inzet net een fractie laat is: dat mag. Op een cd is vaak alles gladgestreken, maar live beleef je het zweet en het harde werken ter plekke. De lol is dat je hoort dat er mensen aan het werk zijn. Topsport. Klassieke muziek heeft mijn leven zeer verrijkt.’

Carola Burgerhout is dag en nacht in de weer op Duindigt, haar familielandgoed in Wassenaar. Even een horeca-examen doen om een van de gebouwen aldaar een goede bestemming te kunnen geven: geen probleem. Muziek vlecht ze door al haar bezigheden heen. ‘Ik ben laat, jaren negentig, met klassieke muziek in aanraking gekomen. De eerste keren dat ik in Het Concertgebouw kwam, klapte ik op precies de verkeerde momenten – ik was echt een leek.'

'Toen ik eenmaal de smaak te pakken had, heb ik diverse abonnementen op het Koninklijk Concertgebouworkest genomen. Ik werk hard, de concerten aan de Van Baerlestraat vormen de rustpunten in mijn week. Voor de stiltemomenten die het orkest mij geeft, wilde ik iets terugdoen, uit dankbaarheid.’

Zweet

En zo ontstond het idee voor een Fonds op Naam – een van de formules die het orkest donateurs aanbiedt om het gezelschap te ondersteunen. Dat het een fonds voor de houtblazers moest worden, stond voor Burgerhout buiten kijf. ‘Ze vormen zo’n belangrijk onderdeel van het orkest, en dan die prachtige solo’s. Zonder de houtblazers geen muziek. Dat mijn achternaam Burgerhout is, is natuurlijk mooi meegenomen. Het is mijn bedoeling dat dit een laagdrempelig fonds is, voor iedereen: alle bijdragen zijn welkom, al is het maar om materiaal voor nieuwe rieten aan te kunnen schaffen.

'Dat mijn achternaam Burgerhout is, is natuurlijk mooi meegenomen'

Misschien kunnen we elkaar in de toekomst, de schenkers en de instrumentalisten, een keer ontmoeten. Als je weet wie wie is, schept dat een band, wel zo leuk.’
Burgerhout praat opgeruimd en vastberaden. ‘Van de houtblazers is de fagot mijn lievelingsinstrument, ik vind de klank ontroerend mooi. Ik hoor behalve in de zaal ook veel muziek in de auto. Muziek past voor mij bij het landschap waar ik doorheen rijd. Ik rijd veel, ook in het buitenland.'

'Bepaalde stukken van de A3 in Duitsland zitten aan concerten vast. Mozarts Eenentwintigste pianoconcert is de A3 ter hoogte van Bad Camberg... Toch, er gaat niets boven de livebeleving van muziek. Het leuke is dat het mensenwerk is. Stel dat die ene inzet net een fractie laat is: dat mag. Op een cd is vaak alles gladgestreken, maar live beleef je het zweet en het harde werken ter plekke. De lol is dat je hoort dat er mensen aan het werk zijn. Topsport. Klassieke muziek heeft mijn leven zeer verrijkt.’

Bruckner-festival

‘Bruckner is een van mijn helden. Bij hem zie ik het Oostenrijkse landschap voor me. Oberösterreich, de heuvelachtige hoogvlakte om Linz en Steyr heen, daar hou ik enorm van – de coulissen die je in Tsjechië ook hebt. De dorpsjeugd die a cappella oude boerenliedjes zingt, met z’n vijven naast elkaar: spatzuiver, schitterend. In Bruckners symfonieën hoor je de kerkklokken.'

‘Als je weet wie wie is, schept dat een band’

'Het ritme, de enorm lange melodieën die in elkaar overlopen; voor mij valt echt niet alleen het koper op, maar speelt het hout net zo’n bijzondere rol. Ik heb een keer de wandeling van Bruckners geboortehuis in Ansfelden naar het klooster in Sankt Florian gemaakt, hij was daar organist. Ik hoop eigenlijk stiekem dat het orkest ooit een Bruckner-festival zal organiseren. De festiviteiten rondom Mahler zijn altijd een groot succes, zou het niet fantastisch zijn als dat ook met Bruckner kon?’

Zoenen

‘Laatst speelde het orkest Theatrum bestiarum van Detlev Glanert, ongelooflijk. De componist kwam zelf ook naar voren. Ik had hem wel kunnen zoenen, zo geweldig vond ik zijn muziek. Hoe leuk moet het niet zijn om je eigen noten te horen, en dan ook nog zo goed gespeeld. Ik kan aan niemand uitleggen hoe warm de strijkers klinken. Dat moet je ervaren. Het met elkaar spelen, het teamgevoel, het lol hebben in muziek maken, je ziet de musici ook naar elkaar kijken: als luisteraar maak je alles mee. Voor mij zijn deze dingen erg verbonden met dit orkest. De zaal heeft natuurlijk een unieke akoestiek, maar het orkest is wel zo top.’

Bruckner-festival

‘Bruckner is een van mijn helden. Bij hem zie ik het Oostenrijkse landschap voor me. Oberösterreich, de heuvelachtige hoogvlakte om Linz en Steyr heen, daar hou ik enorm van – de coulissen die je in Tsjechië ook hebt. De dorpsjeugd die a cappella oude boerenliedjes zingt, met z’n vijven naast elkaar: spatzuiver, schitterend. In Bruckners symfonieën hoor je de kerkklokken.'

‘Als je weet wie wie is, schept dat een band’

'Het ritme, de enorm lange melodieën die in elkaar overlopen; voor mij valt echt niet alleen het koper op, maar speelt het hout net zo’n bijzondere rol. Ik heb een keer de wandeling van Bruckners geboortehuis in Ansfelden naar het klooster in Sankt Florian gemaakt, hij was daar organist. Ik hoop eigenlijk stiekem dat het orkest ooit een Bruckner-festival zal organiseren. De festiviteiten rondom Mahler zijn altijd een groot succes, zou het niet fantastisch zijn als dat ook met Bruckner kon?’

Zoenen

‘Laatst speelde het orkest Theatrum bestiarum van Detlev Glanert, ongelooflijk. De componist kwam zelf ook naar voren. Ik had hem wel kunnen zoenen, zo geweldig vond ik zijn muziek. Hoe leuk moet het niet zijn om je eigen noten te horen, en dan ook nog zo goed gespeeld. Ik kan aan niemand uitleggen hoe warm de strijkers klinken. Dat moet je ervaren. Het met elkaar spelen, het teamgevoel, het lol hebben in muziek maken, je ziet de musici ook naar elkaar kijken: als luisteraar maak je alles mee. Voor mij zijn deze dingen erg verbonden met dit orkest. De zaal heeft natuurlijk een unieke akoestiek, maar het orkest is wel zo top.’

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.