Concertbezoeker Calijn Roeters van Lennep: ‘Dat is het leuke aan zo’n abonnement; je gaat toch wel’
door Stella Vrijmoed 15 aug. 2025 15 augustus 2025
Welke bijzondere herinneringen hebben concertbezoekers aan Het Concertgebouw?
‘Mijn ouders gingen altijd al naar het Concertgebouworkest met een abonnement. Het was in de jaren ’80 lastig om er een te krijgen, er waren lange wachtlijsten. Ze konden het abonnement van vrienden overnemen die naar het buitenland vertrokken. Ik zat op de middelbare school toen mijn vader tegen mij zei: ‘Ga eens mee, dat vind je leuk. Het is een mooie zaal.’ Er was altijd muziek bij ons thuis, mijn vader speelde heel goed viool en had een eigen orkestje.
Toen ik in Amsterdam kwam wonen en mijn eerste baan kreeg, heb ik zelf twee jaar een abonnement gehad: ik zat toen op het podium, goedkope stoelen naast het orgel. Ik kan me een concert met muziek van Alban Berg nog goed herinneren, mijn ouders zaten toen in de zaal. Vanaf mijn plek keek ik uit op alle aparte slagwerkinstrumenten. Eén daarvan zal ik nooit vergeten: een grote vierkante doos met een gat erin. Het hondenhok, noemde ik dat. Daar kwam me toch een geluid uit: ik schrok me rot! Mijn ouders konden vanuit de zaal niet zien waar het vandaan kwam, ik weet nog dat we het er in de pauze over hadden. [Dat was in Bergs Drei Orcherstücke, september 2001.]
Een paar jaar later werd mijn vader ziek en kreeg hij te horen dat hij niet lang meer zou leven. Hij kon niet meer de hele avond bij een concert zitten. Zelf had ik toen geen abonnement. Hij zei: ‘Ga jij met je moeder, dan blijf ik wel thuis.’ Toen we terugkwamen met mooie verhalen, zei hij: ‘Ik zou het héél leuk vinden als jij met mama het abonnement overneemt.’ Ik krijg daar nog een traantje van. Sinds zijn overlijden is het vaste prik om met mijn moeder te gaan. Maar ze wordt wel wat ouder, dus komend seizoen gaat ze minder vaak. Vroeger kwam ze altijd met de auto uit Dordrecht, nu neemt ze de trein en slaapt ze bij mij in Amsterdam. Ze is nu 86 – het is me dierbaar dat we dit kunnen doen zolang het nog kan.
Regelmatig denk ik na een concert hoe leuk het zou zijn geweest om met mijn vader over het programma te praten. Vooral als het gaat om nieuwere muziek: zo’n stuk van Alban Berg bijvoorbeeld, dat was echt moeilijke muziek. Ik kan een wat spannender stuk wel waarderen, waar je wat moeite voor moet doen. Dat is het leuke aan zo’n abonnement; je gaat toch wel. Zo leer je nieuwe muziek kennen.’
Ook iets vertellen over uw ervaring in de concertzaal? Meld u aan via: redactie@preludium.nl.
‘Mijn ouders gingen altijd al naar het Concertgebouworkest met een abonnement. Het was in de jaren ’80 lastig om er een te krijgen, er waren lange wachtlijsten. Ze konden het abonnement van vrienden overnemen die naar het buitenland vertrokken. Ik zat op de middelbare school toen mijn vader tegen mij zei: ‘Ga eens mee, dat vind je leuk. Het is een mooie zaal.’ Er was altijd muziek bij ons thuis, mijn vader speelde heel goed viool en had een eigen orkestje.
Toen ik in Amsterdam kwam wonen en mijn eerste baan kreeg, heb ik zelf twee jaar een abonnement gehad: ik zat toen op het podium, goedkope stoelen naast het orgel. Ik kan me een concert met muziek van Alban Berg nog goed herinneren, mijn ouders zaten toen in de zaal. Vanaf mijn plek keek ik uit op alle aparte slagwerkinstrumenten. Eén daarvan zal ik nooit vergeten: een grote vierkante doos met een gat erin. Het hondenhok, noemde ik dat. Daar kwam me toch een geluid uit: ik schrok me rot! Mijn ouders konden vanuit de zaal niet zien waar het vandaan kwam, ik weet nog dat we het er in de pauze over hadden. [Dat was in Bergs Drei Orcherstücke, september 2001.]
Een paar jaar later werd mijn vader ziek en kreeg hij te horen dat hij niet lang meer zou leven. Hij kon niet meer de hele avond bij een concert zitten. Zelf had ik toen geen abonnement. Hij zei: ‘Ga jij met je moeder, dan blijf ik wel thuis.’ Toen we terugkwamen met mooie verhalen, zei hij: ‘Ik zou het héél leuk vinden als jij met mama het abonnement overneemt.’ Ik krijg daar nog een traantje van. Sinds zijn overlijden is het vaste prik om met mijn moeder te gaan. Maar ze wordt wel wat ouder, dus komend seizoen gaat ze minder vaak. Vroeger kwam ze altijd met de auto uit Dordrecht, nu neemt ze de trein en slaapt ze bij mij in Amsterdam. Ze is nu 86 – het is me dierbaar dat we dit kunnen doen zolang het nog kan.
Regelmatig denk ik na een concert hoe leuk het zou zijn geweest om met mijn vader over het programma te praten. Vooral als het gaat om nieuwere muziek: zo’n stuk van Alban Berg bijvoorbeeld, dat was echt moeilijke muziek. Ik kan een wat spannender stuk wel waarderen, waar je wat moeite voor moet doen. Dat is het leuke aan zo’n abonnement; je gaat toch wel. Zo leer je nieuwe muziek kennen.’
Ook iets vertellen over uw ervaring in de concertzaal? Meld u aan via: redactie@preludium.nl.