Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
achter de schermen

Zo bereiden orkestleden zich voor op een concert

door Stella Vrijmoed
12 okt. 2025 12 oktober 2025

Ze spelen jaarlijks ... programma's en soms wel ... concerten per week. Hoe bereiden musici van het Concertgebouworkest zich voor op een concert? Een kijkje achter de schermen bij drie orkestleden.

  • Preludium november 2025 Achter de schermen (hoofdbeeld)

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de schermen (hoofdbeeld)

    Foto: Stella Vrijmoed

  • Preludium november 2025 Achter de schermen (hoofdbeeld)

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de schermen (hoofdbeeld)

    Foto: Stella Vrijmoed

Altvioliste Edith van Moergastel zit ’s ochtends al om acht uur in haar favoriete studio aan de Gabriël Metsustraat, de thuisbasis van het Concertgebouworkest. Eerst rustig landen, haar instrument stemmen, wat rek­oefeningen en toonladders spelen. Daarna bekijkt ze het repertoire en bepaalt ze haar vingerzettingen. ‘Ik leer ze het liefst uit mijn hoofd, want in de orkestrepetitie ligt de originele partij zonder aantekeningen voor me.’ Haar vijftien collega-alten zijn als een familie, zegt ze, daar gebeurt altijd wat. ‘Maar bij een goede dirigent gaan alle ego’s opzij en gaat iedereen mee in de stroom.’

De rol van soloharpiste Petra van der Heide verschilt per programma: soms zijn er veel noten, soms is er tachtig procent van de tijd niks te doen. ’Harp en slagwerk zijn het peper en zout van het orkest’, zegt ze. ‘Mahler is geniaal in het inzetten van een losse noot voor de harp. Laat je die weg, dan mist iedereen iets.’ Harp spelen vergt veel concentratie: je moet kijken naar je 47 snaren, de bladmuziek én de dirigent tegelijk. ’De handen maken soms grote sprongen. Als je even wegkijkt, grijp je mis.’ Vooraf bedenkt ze ook een pedalen-­choreografie, want wisselingen staan lang niet altijd duidelijk genoteerd. De grondige voorbereiding geeft Petra mentale rust tijdens de orkestrepetities. 

Slagwerker Mark Braafhart noemt zijn werk ‘een rare baan’. Soms speelt hij wekenlang bijna niets, soms de hele week solo. En steeds weer op andere instrumenten. Voor grote opstellingen bereidt hij zich drie tot vier weken voor: instrumenten verzamelen, set-ups bouwen, testen of wissels haalbaar zijn. ‘De componist vraagt om een bepaald geluid en ik moet iets bijzonders vinden dat echt werkt.’ Daarna beluistert hij eerdere opnames, om te kijken hoe de betreffende dirigent de muziek interpreteert. Tot slot neemt hij zichzelf op. ‘Kan ik met de noten spelen zonder te stoppen of fouten te maken? Dan ben ik klaar voor de eerste repetitie op maandag.’

In de studio

Altvioliste Edith van Moergastel zit ’s ochtends al om acht uur in haar favoriete studio aan de Gabriël Metsustraat, de thuisbasis van het Concertgebouworkest. Eerst rustig landen, haar instrument stemmen, wat rek­oefeningen en toonladders spelen. Daarna bekijkt ze het repertoire en bepaalt ze haar vingerzettingen. ‘Ik leer ze het liefst uit mijn hoofd, want in de orkestrepetitie ligt de originele partij zonder aantekeningen voor me.’ Haar vijftien collega-alten zijn als een familie, zegt ze, daar gebeurt altijd wat. ‘Maar bij een goede dirigent gaan alle ego’s opzij en gaat iedereen mee in de stroom.’

De rol van soloharpiste Petra van der Heide verschilt per programma: soms zijn er veel noten, soms is er tachtig procent van de tijd niks te doen. ’Harp en slagwerk zijn het peper en zout van het orkest’, zegt ze. ‘Mahler is geniaal in het inzetten van een losse noot voor de harp. Laat je die weg, dan mist iedereen iets.’ Harp spelen vergt veel concentratie: je moet kijken naar je 47 snaren, de bladmuziek én de dirigent tegelijk. ’De handen maken soms grote sprongen. Als je even wegkijkt, grijp je mis.’ Vooraf bedenkt ze ook een pedalen-­choreografie, want wisselingen staan lang niet altijd duidelijk genoteerd. De grondige voorbereiding geeft Petra mentale rust tijdens de orkestrepetities. 

Slagwerker Mark Braafhart noemt zijn werk ‘een rare baan’. Soms speelt hij wekenlang bijna niets, soms de hele week solo. En steeds weer op andere instrumenten. Voor grote opstellingen bereidt hij zich drie tot vier weken voor: instrumenten verzamelen, set-ups bouwen, testen of wissels haalbaar zijn. ‘De componist vraagt om een bepaald geluid en ik moet iets bijzonders vinden dat echt werkt.’ Daarna beluistert hij eerdere opnames, om te kijken hoe de betreffende dirigent de muziek interpreteert. Tot slot neemt hij zichzelf op. ‘Kan ik met de noten spelen zonder te stoppen of fouten te maken? Dan ben ik klaar voor de eerste repetitie op maandag.’

In de studio

  • Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 1

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 1

    Foto: Stella Vrijmoed

  • Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 1

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 1

    Foto: Stella Vrijmoed

Edith van Moergastel repeteert het liefst in de kleine, wat verscholen studio, waar niet veel mensen langs lopen. Haar stoel zet ze in het hoekje naast de deur, zodat ze weinig inkijk heeft.

Kleuren

Edith van Moergastel repeteert het liefst in de kleine, wat verscholen studio, waar niet veel mensen langs lopen. Haar stoel zet ze in het hoekje naast de deur, zodat ze weinig inkijk heeft.

Kleuren

  • Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 2

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 2

    Foto: Stella Vrijmoed

  • Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 2

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 2

    Foto: Stella Vrijmoed

De digitale partij van Mahlers Vijfde symfonie die Edith krijgt opgestuurd heeft aantekeningen in drie kleuren: blauw is de historische partituur, rood is wat de dirigent heeft genoteerd en groen zijn de aantekeningen van Michael Waterman, eerste violist in het orkest, die de oude partituren met de hand­geschreven aantekeningen van dirigenten digitaliseert. 

Hond Harp

De digitale partij van Mahlers Vijfde symfonie die Edith krijgt opgestuurd heeft aantekeningen in drie kleuren: blauw is de historische partituur, rood is wat de dirigent heeft genoteerd en groen zijn de aantekeningen van Michael Waterman, eerste violist in het orkest, die de oude partituren met de hand­geschreven aantekeningen van dirigenten digitaliseert. 

Hond Harp

  • Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 3

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 3

    Foto: Stella Vrijmoed

  • Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 3

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 3

    Foto: Stella Vrijmoed

Petra van der Heide studeert thuis – haar hond Max houdt haar vaak gezelschap. Haar harp staat in haar slaapkamer, bij het raam. ‘De buren horen de harp wel, dus ik studeer op normale tijden. Dat vind ik voor mezelf ook gezond.’

Kast vol geschiedenis

Petra van der Heide studeert thuis – haar hond Max houdt haar vaak gezelschap. Haar harp staat in haar slaapkamer, bij het raam. ‘De buren horen de harp wel, dus ik studeer op normale tijden. Dat vind ik voor mezelf ook gezond.’

Kast vol geschiedenis

  • Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 4

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 4

    Foto: Stella Vrijmoed

  • Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 4

    Foto: Stella Vrijmoed

    Preludium november 2025 Achter de Schermen afbeelding 4

    Foto: Stella Vrijmoed

Mark Braafhart: ‘In de kasten achter het orgel liggen de instrumenten die we dagelijks gebruiken. Het is eigenlijk een catalogus, elk instrument heeft een verhaal, is vaak oud en staat op vele opnamen. Het zijn geen standaard bekkens uit een fabriek waar er duizenden worden gemaakt. Ze zijn vaak handgemaakt op verzoek van ons.’

Lees de uitgebreide versie van dit artikel hier.

Mark Braafhart: ‘In de kasten achter het orgel liggen de instrumenten die we dagelijks gebruiken. Het is eigenlijk een catalogus, elk instrument heeft een verhaal, is vaak oud en staat op vele opnamen. Het zijn geen standaard bekkens uit een fabriek waar er duizenden worden gemaakt. Ze zijn vaak handgemaakt op verzoek van ons.’

Lees de uitgebreide versie van dit artikel hier.

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Probeer nu twee maanden gratis!