Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
interview

Lilian Farahani: ‘Ik wil niet zingen om het zingen’

door Laura Roling
19 okt. 2020 19 oktober 2020

Voor sopraan Lilian Farahani zou dit jaar een topjaar worden, met rollen in allerlei grote Europese operaproducties. In deze nieuwe werkelijkheid moet ze het hebben van kleine lichtpuntjes. Wie is deze bevlogen sopraan?

Voor de Nederlands-Iraanse sopraan Lilian Farahani leek het erop dat 2020 haar beste jaar tot nu toe zou worden. Op het programma stonden, na de rol van Susanna in Mozarts Le nozze di Figaro in Nancy, maar liefst twee grote rollen bij De Nationale Opera, in Dvořáks Rusalka en Kaija Saariaho’s ­nieuwe opera Innocence, en twee hoofdrollen bij het Aalto-Theater in Essen. Toen kwam het coronavirus, dat haar agenda leeg veegde tot en met mei 2021. Wat overblijft is een aantal concerten. Vaak met een net iets andere invulling dan gepland, en meerdere keren op een avond. ‘Ik ben gelukkig nog niet eerder in de positie geweest dat mijn instelling ‘liever iets dan niets’ was, maar nu helaas wel.’

Lichtpuntje

Aanvankelijk was Farahani erop gebrand om er het beste van te maken: ‘Ik nam me aan het begin van de lockdown voor om de tijd optimaal te gebruiken en veel muziek in te studeren en aan mijn techniek te schaven. Maar naarmate het lichtpuntje aan het einde van de tunnel steeds verder opschuift, verlies je toch een beetje die drive.’

Voor de Nederlands-Iraanse sopraan Lilian Farahani leek het erop dat 2020 haar beste jaar tot nu toe zou worden. Op het programma stonden, na de rol van Susanna in Mozarts Le nozze di Figaro in Nancy, maar liefst twee grote rollen bij De Nationale Opera, in Dvořáks Rusalka en Kaija Saariaho’s ­nieuwe opera Innocence, en twee hoofdrollen bij het Aalto-Theater in Essen. Toen kwam het coronavirus, dat haar agenda leeg veegde tot en met mei 2021. Wat overblijft is een aantal concerten. Vaak met een net iets andere invulling dan gepland, en meerdere keren op een avond. ‘Ik ben gelukkig nog niet eerder in de positie geweest dat mijn instelling ‘liever iets dan niets’ was, maar nu helaas wel.’

Lichtpuntje

Aanvankelijk was Farahani erop gebrand om er het beste van te maken: ‘Ik nam me aan het begin van de lockdown voor om de tijd optimaal te gebruiken en veel muziek in te studeren en aan mijn techniek te schaven. Maar naarmate het lichtpuntje aan het einde van de tunnel steeds verder opschuift, verlies je toch een beetje die drive.’

  • Lilian Farahani

    foto: Maurice Lammerts van Bueren

    Lilian Farahani

    foto: Maurice Lammerts van Bueren

  • Lilian Farahani

    foto: Maurice Lammerts van Bueren

    Lilian Farahani

    foto: Maurice Lammerts van Bueren

Wat dat betreft was het een zegen dat ze afgelopen zomer naar Aix-en-Provence kon, om toch alvast te repeteren voor de wereldpremière van Saariaho’s Innocence. De opera zal echter pas in de zomer van 2021 voor het eerst voor een publiek uitgevoerd worden. ‘Dat is natuurlijk heel vreemd. Je doorloopt een volledig repetitieproces, tot aan een pianovoorgenerale aan toe, om vervolgens allemaal naar huis te gaan en het een jaar later pas weer verder op te kunnen pakken.’ Toch keerde ze voldaan terug uit Frankrijk: ‘Ik heb een maand lang eindelijk weer kunnen doen wat ik het liefste doe. En daar kan ik gelukkig weer even op vooruit.’

Vroege start

Al van jongs af aan is zang een onderdeel van het leven van de sopraan. ‘Mijn moeder zong thuis liedjes met ons, en ook op mijn school werd vaak gezongen.’ Toen er een naschools zangkoor werd opgericht op haar basisschool, was het voor Lilian vanzelfsprekend om daaraan mee te doen. Ook was ze al meteen ambitieus: ‘Toen we de kinderopera Brundibàr van Hans Krása zouden doen, wilden de andere kinderen graag een van de kinderen of de dieren zijn. Maar ik wilde de slechterik, de orgelman Brundibàr zijn, puur omdat hij de beste muziek had.’

‘Ik wilde de slechterik zijn, puur omdat hij de beste muziek had.’


In haar tienerjaren zong Lilian als amateur in zoveel mogelijk musicals. ‘Dat waren veel klassieke musicals, de meer pop-achtige musicals lagen me niet. Ik kon bijvoorbeeld absoluut niet belten’ [in de borststem op middenhoogte luid en scherp zingen, red.]. Ze zocht regelmatig het internet af naar mogelijkheden om te zingen, en stuitte zo toevallig op een auditie­oproep voor zangers in een hedendaagse opera van een compositiestudent aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Ze reageerde.

‘Men vroeg zich af hoe ik die oproep had ontdekt, want de auditie was eigenlijk alleen intern voor het conservatorium bedoeld. Maar ik mocht toch komen, als veertienjarige. En ik kreeg een rol!’ Alle betrokkenen moedigden haar aan om er verder werk van te maken. Na het project, op haar vijftiende, startte Lilian met klassieke zangles.

Kracht

Wat Lilian vooral interesseert is theater: ‘Ik wil niet zingen om het zingen; ik wil me op een rol storten, en díe vervolgens zingen. Daarom vul ik mijn agenda ook vooral met opera.’ Maar wanneer ze lied­repertoire zingt, dan moet ook daar ‘iets theatraals’ in zitten. Die theatraliteit vindt ze bijvoorbeeld in de muziek van de hedendaagse Amerikaanse componist Jake Heggie, waarvan ze Eve-Song en At the Statue of Venus op haar debuut­album Woman… the making of opnam. ‘De overkoepelende verhaallijn van dat album is de wording van de moderne vrouw.’

‘In passietijd ben ik meestal op vakantie. En dat is niet voor niets.’

Voor het liedrecital in de Kleine Zaal, dat helaas niet door kan gaan, stelde ze een programma samen met vooral Frans- en Spaanstalig repertoire. ‘Ik zoek altijd naar muziek die heel goed past bij wie ik ben en wat ik kan. Mijn kracht moet er liggen, en ik moet iets te melden hebben. Daar moet ik van overtuigd zijn, anders doe ik het niet. Je kunt als zanger namelijk niet allround zijn. Ik ken zoveel collega’s voor wie de Matthäus-­periode de drukste van het jaar is. Maar in passietijd ben ik juist meestal op vakantie. En dat is niet voor niets.’

Wat dat betreft was het een zegen dat ze afgelopen zomer naar Aix-en-Provence kon, om toch alvast te repeteren voor de wereldpremière van Saariaho’s Innocence. De opera zal echter pas in de zomer van 2021 voor het eerst voor een publiek uitgevoerd worden. ‘Dat is natuurlijk heel vreemd. Je doorloopt een volledig repetitieproces, tot aan een pianovoorgenerale aan toe, om vervolgens allemaal naar huis te gaan en het een jaar later pas weer verder op te kunnen pakken.’ Toch keerde ze voldaan terug uit Frankrijk: ‘Ik heb een maand lang eindelijk weer kunnen doen wat ik het liefste doe. En daar kan ik gelukkig weer even op vooruit.’

Vroege start

Al van jongs af aan is zang een onderdeel van het leven van de sopraan. ‘Mijn moeder zong thuis liedjes met ons, en ook op mijn school werd vaak gezongen.’ Toen er een naschools zangkoor werd opgericht op haar basisschool, was het voor Lilian vanzelfsprekend om daaraan mee te doen. Ook was ze al meteen ambitieus: ‘Toen we de kinderopera Brundibàr van Hans Krása zouden doen, wilden de andere kinderen graag een van de kinderen of de dieren zijn. Maar ik wilde de slechterik, de orgelman Brundibàr zijn, puur omdat hij de beste muziek had.’

‘Ik wilde de slechterik zijn, puur omdat hij de beste muziek had.’


In haar tienerjaren zong Lilian als amateur in zoveel mogelijk musicals. ‘Dat waren veel klassieke musicals, de meer pop-achtige musicals lagen me niet. Ik kon bijvoorbeeld absoluut niet belten’ [in de borststem op middenhoogte luid en scherp zingen, red.]. Ze zocht regelmatig het internet af naar mogelijkheden om te zingen, en stuitte zo toevallig op een auditie­oproep voor zangers in een hedendaagse opera van een compositiestudent aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Ze reageerde.

‘Men vroeg zich af hoe ik die oproep had ontdekt, want de auditie was eigenlijk alleen intern voor het conservatorium bedoeld. Maar ik mocht toch komen, als veertienjarige. En ik kreeg een rol!’ Alle betrokkenen moedigden haar aan om er verder werk van te maken. Na het project, op haar vijftiende, startte Lilian met klassieke zangles.

Kracht

Wat Lilian vooral interesseert is theater: ‘Ik wil niet zingen om het zingen; ik wil me op een rol storten, en díe vervolgens zingen. Daarom vul ik mijn agenda ook vooral met opera.’ Maar wanneer ze lied­repertoire zingt, dan moet ook daar ‘iets theatraals’ in zitten. Die theatraliteit vindt ze bijvoorbeeld in de muziek van de hedendaagse Amerikaanse componist Jake Heggie, waarvan ze Eve-Song en At the Statue of Venus op haar debuut­album Woman… the making of opnam. ‘De overkoepelende verhaallijn van dat album is de wording van de moderne vrouw.’

‘In passietijd ben ik meestal op vakantie. En dat is niet voor niets.’

Voor het liedrecital in de Kleine Zaal, dat helaas niet door kan gaan, stelde ze een programma samen met vooral Frans- en Spaanstalig repertoire. ‘Ik zoek altijd naar muziek die heel goed past bij wie ik ben en wat ik kan. Mijn kracht moet er liggen, en ik moet iets te melden hebben. Daar moet ik van overtuigd zijn, anders doe ik het niet. Je kunt als zanger namelijk niet allround zijn. Ik ken zoveel collega’s voor wie de Matthäus-­periode de drukste van het jaar is. Maar in passietijd ben ik juist meestal op vakantie. En dat is niet voor niets.’

Mediterrane warmte

Bij die eigen overtuiging past ook Ravels liedcyclus Shéhérazade. ‘Ik heb Perzische roots, dus ik ben opgegroeid met de verhalen van Duizend-en-één-nacht. De muziek van Ravel is natuurlijk heel westers en impressionistisch, maar ergens heb ik het gevoel dat ik de wereld snap waar het over gaat. En dat mijn interpretatie daardoor iets toevoegt.’

Daarnaast zingt Farahani twee liederen van de Iraans-Amerikaanse hedendaagse componist Reza Vali. ‘Ik ben heel blij dat ik hem ontdekt heb, want ik was al jaren op zoek naar muziek die Perzische klanken en een westerse compositiestijl combineert. Ik houd zelf heel erg van Perzische muziek, maar ik kan dat niet zomaar goed zingen. Ik ben immers een klassiek geschoold zangeres in de westerse traditie.’

Lilian Farahani zingt een bewerking van Bachs Ich habe genug, BWV 82,
tijdens het nieuwjaarsconcert van het Nederlands Blazers Ensemble in Het Concertgebouw

Het Spaanse, ­Catalaanse en Argentijnse repertoire op haar program­­ma vindt Farahani ook heel goed passen bij haar stem. ‘Mijn stemgeluid matcht goed met de mediterrane vocale benadering. Die is grillig, en heel warm. En dat heb ik in me.’

Nu ook het liedrecital in de Kleine Zaal geen doorgang meer kan vinden, zijn we aangewezen op bestaande opnamen. Lilian zucht. ‘Ik kan niet wachten totdat deze situatie voorbij is, en we eindelijk weer echt verder kunnen.’

Luistertips:

Mediterrane warmte

Bij die eigen overtuiging past ook Ravels liedcyclus Shéhérazade. ‘Ik heb Perzische roots, dus ik ben opgegroeid met de verhalen van Duizend-en-één-nacht. De muziek van Ravel is natuurlijk heel westers en impressionistisch, maar ergens heb ik het gevoel dat ik de wereld snap waar het over gaat. En dat mijn interpretatie daardoor iets toevoegt.’

Daarnaast zingt Farahani twee liederen van de Iraans-Amerikaanse hedendaagse componist Reza Vali. ‘Ik ben heel blij dat ik hem ontdekt heb, want ik was al jaren op zoek naar muziek die Perzische klanken en een westerse compositiestijl combineert. Ik houd zelf heel erg van Perzische muziek, maar ik kan dat niet zomaar goed zingen. Ik ben immers een klassiek geschoold zangeres in de westerse traditie.’

Lilian Farahani zingt een bewerking van Bachs Ich habe genug, BWV 82,
tijdens het nieuwjaarsconcert van het Nederlands Blazers Ensemble in Het Concertgebouw

Het Spaanse, ­Catalaanse en Argentijnse repertoire op haar program­­ma vindt Farahani ook heel goed passen bij haar stem. ‘Mijn stemgeluid matcht goed met de mediterrane vocale benadering. Die is grillig, en heel warm. En dat heb ik in me.’

Nu ook het liedrecital in de Kleine Zaal geen doorgang meer kan vinden, zijn we aangewezen op bestaande opnamen. Lilian zucht. ‘Ik kan niet wachten totdat deze situatie voorbij is, en we eindelijk weer echt verder kunnen.’

Luistertips:

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.